Terra Mystica: Vuur & IJs

Spelbeschrijving

Terra Mystica: Vuur en IJs is een uitbreiding op Terra Mystica, waarvan er momenteel (nog) geen recensie op onze website staat. Deze uitbreiding bevat verschillende elementen, je kan zelf beslissen welke elementen je aan het spel toevoegt en welke niet. Één van die elementen is de nieuwe kaart. Aan de ene zijde van het bord heb je een volledig nieuwe kaart, de achterzijde is een variant op het bord in het basisspel. Er staat nu ook op hoe je geld aan het einde van het spel in overwinningspunten kan omzetten.

Je kan ook een nieuwe eindwaarderingstegel aan het spel toevoegen. Naast de gewone eindtelling kan je dan dus ook op een andere manier punten verdienen. Er zijn vier verschillende tegels, je kan er willekeurig één nemen of de leukste er uit kiezen. Met één van die tegels word je beloond voor nederzettingen aan de rand van het bord, met andere tegels kan je punten scoren voor elke cluster (van 1 of meer nederzettingen) of beloond worden als je Burcht en Heiligdom ver uit elkaar liggen.

De uitbreiding heeft ongetwijfeld zijn naam te danken aan de nieuwe volkeren in het spel, er zijn namelijk twee nieuwe ijsvolkeren, twee vulkaanvolkeren en twee variabele volkeren. Elk van deze volkeren heeft net zoals in het basisspel een speciale vaardigheid. Een ijsvolk kiest aan het begin meteen een startterein, met behulp van een zogenaamde ijsring duid je deze terreinsoort aan op je spelersbord. Bij het bouwen van je eerste twee nederzettingen mag je twee gratis transformatiecirkels leggen op dit terrein. Later in het spel zal je één spade nodig hebben om dit terrein en de aangrenzende terreinen in je transformatiecirkel naar ijs te transformeren. Ook de vulkaanvolkeren kiezen aan het begin een startterrein, maar mogen geen terrein kiezen dat eigendom is van een andere speler. Aan het begin mogen ze op dezelfde manier als de ijsvolkeren twee nederzettingen plaatsen, maar vanaf dan heeft je startterrein geen betekenis meer. Om terreinen te transformeren zal je voortaan geen spades meer kunnen gebruiken, afhankelijk van je volk zal je daar kracht of elementen voor moeten gebruiken! Tenslotte heb je nog de gedaanteverwisselaars en de waterwandelaars. De gedaanteverwisselaars kiezen net als bij de ijsvolkeren voor een thuisterrein, maar nu speel je ook effectief met de speelstukken van de gekozen kleur! Van zodra je je burcht hebt gebouwd kan je in ruil voor drie krachtblokjes van thuisterrein veranderen. Ook de waterwandelaars kiezen een startterrein en spelen met de gekozen kleur. Zij zullen tijdens het spel geen spades nodig hebben om terrein te transformeren, in plaats daarvan plaatsen ze bij het begin van het spel al hun priesters op de terreinen in hun transformatiecirkel. Wanneer ze een priester krijgen (de manier waarop is niet van belang) mogen ze die van deze cirkel nemen, vanaf dat moment kan je je ook gratis vestigen op het zojuist ontdekte terrein.

Daarnaast bevat de uitbreiding nog twee nieuwe speelmogelijkheden. Met de variabele beurtvolgorde is niet alleen de speler die als eerste past belangrijk, maar is het ook belangrijk wanneer de andere spelers passen. Je hoeft dan niet meer klokwijzerszin te spelen, je speelt gewoon in volgorde van het passen tijdens de vorige ronde. Tenslotte heb je nog het veilen van volkeren, waarbij er even veel volkeren uit de zak worden getrokken als dat er spelers zijn. De spelers beginnen met 40 punten en kunnen nu bieden op een bepaald volk.

Onze mening

Terra Mystica: Vuur en IJs is een uitbreiding in de pure zin van het woord. Het spel wordt helemaal niet veranderd, wat voor ons ook niet nodig was, het voegt gewoon nieuwe elementen toe. Terra Mystica was al een heel gevarieerd spel, met 14 verschillende volkeren was er steeds keuze genoeg. Nu kan je dus kiezen uit 20 verschillende volkeren, waarbij de zes nieuwe wel even wennen zijn. Vooral de vulkaanvolkeren zijn niet eenvoudig om meteen onder de knie te hebben, zeker de drakenmeesters die krachtblokjes moeten verwijderen om terrein te kunnen transformeren brachten ons in het begin wat uit balans. Maar uit het basisspel wisten we al dat niet alle volkeren even simpel zijn om mee te spelen, sommige moet je gewoon wat ‘leren’ kennen, dat is in deze uitbreiding dus ook het geval. Ook bij deze volkeren geldt: hoe beter je ze leert kennen, hoe leuker het wordt! De nieuwe kaart is oké, maar wij waren (zelfs na 13 speelsessies) het bord uit het basisspel zeker nog niet beu. Voor ons maakt het dus helemaal niet uit of we de nieuwe of de oude kaart gebruiken. Anderzijds had je op het bord uit het basisspel al een aantal vaste plaatsen waar je je startnederzettingen wilde plaatsen, door de nieuwe kaart kan je dus een compleet nieuwe weg op gaan. De nieuwe eindwaarderingstegels zijn wel leuk aangezien je je nu op drie dingen kan focussen om nog (veel) punten te scoren aan het einde. De fiches om volkeren te kiezen/trekken vinden we een goede toevoeging, wij hadden ook al iets gelijkaardigs thuis om willekeurig een volk te trekken. Leuk dat dit nu ook bij het spel hoort! Of je de volkeren aan het begin veilt kan je volledig zelf bepalen, maar voor ons hoeft dat niet. Spelers die van mening zijn dat het ene volk beter is dan het andere kunnen uiteraard wél voor de veiling kiezen. Ook de variabele beurtvolgorde is een geslaagde toevoeging.

Samenvattend is alles in deze uitbreiding gewoon leuk, maar het is niet zo dat het spel hierdoor echt beter/anders wordt. Terra Mystica komt hier de laatste tijd minder op tafel, op het eerste zicht lijkt het niet dat de uitbreiding daar verandering in zal brengen. Al zijn we wel blij dat we het spel – dankzij het willen spelen van de uitbreiding – toch wel weer op tafel kwam. Als Terra Mystica voortaan op tafel komt kan dat even goed zonder als met de uitbreiding zijn.

Conclusie: Terra Mystica Vuur & IJs voegt leuke elementen toe aan het basisspel.

Met dank aan White Goblin Games!

Met dank aan White Goblin Games!

Terra Mystica: Vuur & IJs

Auteurs: Jens Drögemüller & Helge Ostertag
Uitgever: White Goblin Games
Aantal spelers: 2 – 5
Tijdsduur: ± 90 min.
Vanaf 12 jaar

Babel

Spelbeschrijving

BabelHet bouwen van indrukwekkende tempels was dé manier om macht en welvaart uit te beelden. Nu ben jij aan de beurt, je bent één van deze heersers en je zal moeten bewijzen dat je de beste bent! Roep de hulp in van verschillende volksstammen en laat hen meewerken aan jouw statige tempels, maar wees voorzichtig… de volkeren van je tegenstander deinzen er niet voor terug om je tempels te vernietigen.

Aan het begin van je beurt neem je drie extra volkerenkaarten op hand, die kan je vervolgens meteen gebruiken om acties uit te voeren. Door een volkerenkaart in een bepaalde kleur te spelen kan je je speelstuk verplaatsen, in dat gedeelte van de stad kan je vervolgens volkerenkaarten neerleggen, zij zullen je later helpen om tempels te bouwen. Aan beide zijden van het speelbord liggen tempelkaarten, de bovenste kaarten zijn steeds beschikbaar om te bouwen. Daarvoor zal je genoeg volkeren moeten bezitten en rekening moeten houden met de etages, je kan namelijk niet meteen het bovenste verdiep bouwen als je de vier anderen nog niet hebt gebouwd! Één keer in je beurt kan je drie volkerenkaarten laten migreren naar een ander gedeelte van de stad en van zodra er drie leden van dezelfde stam bij elkaar liggen kan je één van deze kaarten spenderen om hun speciale eigenschap te benutten. Zo kunnen de Assyriërs een volledige tempel van je tegenstander vernietigen en kunnen de Hettieten een tempelniveau stelen, de Meden en de Soemeriërs hebben invloed op de volkeren van je tegenstander en de perzen laten je toe om een tempelniveau over te slaan bij het bouwen. In plaats van deze speciale eigenschap te gebruiken kan je je tegenstander ook verplichten om de helft van zijn handkaarten af te leggen. Wanneer je geen verdere acties meer wilt/kan uitvoeren trek je twee nieuwe tempelkaarten om in je voorraad te leggen, maar als je meer dan vier volkerenkaarten op hand hebt zal je aan je tegenstander moeten vertellen hoeveel kaarten je hebt!

Elke tempel heeft een waarde die gelijk is aan het tempelniveau, van zodra één speler een totale waarde van 15 of meer heeft en de andere slechts 9 of minder punten haalt eindigt het spel meteen. Als de tweede speler 10 of meer punten heeft komt het spel in de eindfase terecht en wordt er verder gespeeld tot één van de spelers een waarde van 9 of 20 heeft bereikt. De speler met de meeste punten wint het spel.

Onze mening

Onze eerste speelsessie van Babel was vooral verwarrend. De spelregels staan duidelijk uitgelegd, maar toch waren we er niet volledig mee weg, al kan dat uiteraard ook aan ons liggen. Op dat ogenblik kon het spel ons dus ook niet overtuigen. We gaven het nog een kans en moesten onze mening later herzien, het is een spel dat je moet leren waarderen. Eens je goed door hebt hoe het werkt heeft het spel heel wat mogelijkheden. Anderzijds moet je ook wel wat geluk hebben met de kaarten die je op hand krijgt, soms krijg je niet de kleuren die je wilt waardoor je eigenlijk niet verder kan en een nutteloze beurt hebt. Terwijl het spel langs ene kant tactische keuzes biedt hebben we langs het andere kant het gevoel dat het geluk van de kaarten wel eens kan bepalen wie het spel wint, zeker tegen het einde van het spel kan het zijn dat je weinig nuttigs kan doen in je beurt. De eigenschap van de Assyriërs is wel erg drastisch, ze kunnen een tempel met vijf etages zomaar vernietigen waardoor je plots 5 punten minder hebt… en zo’n tempel terug opbouwen is makkelijker gezegd dan gedaan. Je kan maar beter proberen voorkomen dat je tegenstander 3 Assyriërs bij elkaar krijgt, maar heel veel kan je daar niet aan doen. Het materiaal is van goede kwaliteit en de kaarten hebben mooie illustraties.

Conclusie: Babel is een spel met veel mogelijkheden.

Babel

Met dank aan White Goblin Games!

Met dank aan White Goblin Games!

Babel

Auteurs: Uwe Rosenberg & Hagen Dorgathen
Uitgever: White Goblin Games
Aantal spelers: 2
Tijdsduur: ± 45 min.
Vanaf 12 jaar

Dicke Dämonen

Spelbeschrijving

damonenKlaar om de wereld te veroveren als tovenaar? Begin dan alvast met dit spelletje, je zal snel ondervinden dat de wereld kleiner is dan je dacht en de magische wereld slechts bestaat uit enkele magische lijnen en velden. Er zijn vier grenzen, één voor elk van de vier oerelementen: aarde, vuur, water en lucht. De locaties waar deze lijnen elkaar kruisen zijn de meest invloedrijke punten op aarde, dat zijn de plaatsen waar jij je geesten zal moeten oproepen!

Het speelbord van Dicke Dämonen is variabel en wordt aan het begin van het spel bepaald door de vier touwen die de vier elementen voorstellen, de touwen worden zo op tafel gelegd dat elke lijn 2 of 3 andere lijnen kruist. Vervolgens nemen alle spelers 5 figuren uit de zak zonder deze aan hun medespelers te tonen. Als je aan beurt bent moet je één van deze figuren in het speelbord zetten. De geesten (beschikbaar in de kleuren rood, blauw, geel en groen) kunnen geplaatst worden in de hoeken waar twee lijnen elkaar kruisen, één van die lijnen moet de kleur van je figuur zijn. De plaatsingsregels voor de witte figuren, de zogenaamde demonen zijn iets anders: deze worden in het midden van een veld geplaatst en zorgen er vervolgens voor dat er in dat veld géén andere geesten/demonen meer geplaatst mogen worden. Daarna neem je een figuur uit de zak om je voorraad aan te vullen tot vijf. Op een gegeven moment kan je beslissen om naast het plaatsen van een figuur ook een kleur te bepalen, dat wordt dan de kleur waar jij aan het einde punten mee wil scoren. Daarvoor plaats je deze figuur voor je neer zodat iedereen duidelijk kan zien welke kleur jij gekozen hebt. Vanaf dan heb je echter geen keuze meer in je volgende beurten: je moet op dat moment namelijk al je figuren in de zak doen en je kan in je volgende beurt enkel die pion plaatsen die je op hand hebt… zo geef je je tegenstanders misschien wel ongewild punten! Het spel eindigt als de actieve speler geen figuur in het spel kan plaatsen, daarna volgt de puntentelling.

In elk veld wordt er gecontroleerd welke kleur de meerderheid heeft, bij een gelijke stand krijgen beide kleuren de punten. De waarde van dat veld wordt bepaald door het aantal hoeken en/of knopen, elk daarvan is één punt waard. Uiteraard is het ook mogelijk dat iemand de kleur wit heeft gekozen, deze puntentelling loopt op een iets andere manier: elke witte figuur op het veld is één punt waard. De speler met de meeste punten wint het spel.

Onze mening

Een klein doosje waar het materiaal nipt in past, maar niet meteen de indruk geeft dat je er veel van moet verwachten. Dat het iets heel abstract zou zijn dat was meteen duidelijk, maar na een eerste speelsessie ontdekten we dat het best wel tactisch en leuk kon zijn! Er zit dus meer in dan we aanvankelijk hadden verwacht: je plaatst figuren en je probeert meerderheden te behalen, maar je weet aan het begin nog niet in wélke kleur dat je die meerderheden juist wilt! Het is soms nadelig om al vroeg in het spel een kleur te bepalen, vanaf dan heb je minder in de hand omdat je slechts één figuur op hand hebt. Als je te lang wacht om een kleur te bepalen zijn je tegenstanders misschien al met de meest waardevolle kleuren gaan lopen of eindigt het spel misschien sneller als je tegenspelers geen figuur meer kunnen plaatsen, dat wil je uiteraard voorkomen. Eens je weet wie voor welke kleur gekozen heeft barst de strijd helemaal los, je begint te tellen en te redeneren hoe je kunt voorkomen dat je tegenstanders het spel zomaar winnen. Dankzij de touwen kan je steeds zien waar welke pionnen kunnen geplaatst worden, de witte demonen zijn dan weer erg interessant om te voorkomen dat er nog iets aan de huidige situatie veranderd! Wij vonden het best leuk om dit spel te kunnen spelen, al weten we dat we dat niet bij al onze medespelers op tafel moeten leggen: dit soort abstracte spelletjes valt gewoon niet bij iedereen in de smaak. Het is jammer dat er geen zichtschermen bij horen want het is niet eenvoudig om die 5 figuren op hand te houden zonder dat je medespelers de kleuren kunnen zien. De herspeelbaarheid is niet zo erg groot, je kan de touwen natuurlijk altijd anders leggen waardoor het spel steeds dat tikkeltje anders is, maar het is geen spel dat je gaat blijven spelen. Met twee spelers heb je iets meer in de hand dan met 3 of 4 spelers, maar al bij al heeft het spelersaantal niet zoveel invloed op het verloop van het spel.

Conclusie: Dicke Dämonen was een leuke, abstracte verrassing.

Dicke Dämonen

Met dank aan Edition Erlkönig!

Met dank aan Edition Erlkönig!

Dicke Dämonen

Auteur: Heinrich Glumpler
Uitgever: Edition Erlkönig
Aantal spelers: 1 – 4
Tijdsduur: ± 20 min.
Vanaf 10 jaar

Nehemiah

Spelbeschrijving

De stadsmuur van het Heilige Jeruzalem werd vernietigd en de inwoners en hun tempels zijn niet langer veilig. Toen dit nieuws tot bij Nehemiah geraakte, reisde hij van Babylonië naar Jerusalem om de belangrijke muur terug op te bouwen. In dit spel nemen de spelers een belangrijke rol op zich: ze worden leider van een Israëlitische stam! Gebruik je grondstoffen nuttig en zend je werkkrachten naar de plaatsen waar nodig is: je hebt mensen nodig om de stadsmuur herop te bouwen, mensen om de stad te verdedigen én mensen om offers te brengen in de tempels. Als je er dan ook nog in slaagt om mee te werken aan de immense stadspoorten ligt de weg naar de overwinning voor je open.

Het speelbord bestaat uit 4/5 kolommen van telkens 4 kaarten, dit zijn de locaties waar je je werkers zal kunnen inzetten. Als je aan beurt bent heb je twee opties: werkers inzetten of eerder geplaatste werkers activeren. Bij het inzetten kan je niet zomaar kiezen uit alle openliggende kaarten, je bent verplicht om de bovenste beschikbare kaart in een kolom naar keuze te nemen. Aan het begin kan je dus enkel een werker plaatsen op de bovenste rij kaarten, van zodra dat er een werker op een kaart staat wordt de onderliggende kaart beschikbaar. Om een werker te activeren kies je willekeurig één van jouw werkers op het veld en leg je deze neer om aan te duiden dat je de actie gedaan hebt. Als er in dezelfde kolom, boven jouw werker andere werkers neerliggen kan je er voor kiezen om ook die acties uit te voeren. Je betaald daarvoor één munt aan de eigenaar van deze werker, of aan de bank als deze van jezelf is. Met die acties kan je o.a. geld of hout verzamelen, maar uiteraard kan je nu ook mensen naar bepaalde regio’s sturen. Zo kan je bijvoorbeeld één van je inwoners aan de stadsmuur laten werken door twee hout te betalen en een blokje op de stadsmuur te leggen. Met andere actiekaarten kan je op een gelijkaardige manier inwoners inzetten om je stad te verdedigen, om offers naar de tempels te brengen of om een immense stadspoort te bouwen.

Nadat de onderste kaart in een kolom geactiveerd werd verdwijnt de hele kolom kaarten onmiddellijk, ook al zijn nog niet alle werkers op de bovenstaande kaarten geactiveerd. De werkers gaan terug naar hun eigenaars en de rij kaarten wordt vervangen door nieuwe kaarten. Wanneer je zo’n rij moet vervangen en er geen kaarten uit het eerste tijdperk meer aanwezig zijn volgt er een korte, tussentijdse telling. Op de drie locaties waar blokjes liggen (de muur, het verdedigen en het offeren aan de tempels) wordt er gecontroleerd welke spelers daar de meerderheid heeft. De spelers met de meeste en tweede meeste blokjes worden daarvoor beloond met puntenfiches. De speler die de meerderheid had moet vervolgens één van zijn blokjes verwijderen op die locatie. Vervolgens worden de kaarten uit het tweede tijdperk gebruikt om de kolom aan te vullen. Later volgt er een identieke puntentelling alvorens de kaarten uit het derde tijdperk gebruikt worden én als alle kaarten op zijn. Na deze laatste telling eindigt het spel en worden alle punten opgeteld: punten die verdiend werden door de tussentijdse tellingen, punten op de verworven stadspoorten en punten voor overgebleven grondstoffen. De speler met de meeste punten wint het spel! Tenslotte is er nog een variant met leider-kaarten, kaarten waar je in het begin van een tijdperk op kan bieden die je dan een bepaald voordeel geven tijdens dat bepaalde tijdperk.

Onze mening

Onze verwachtingen voor Nehemiah waren niet heel groot, maar in zekere zin heeft het spel ons wel verbaasd. Het heeft veel goede elementen. Workerplacement op een variabel bord, zeker aangezien je slechts de eerst beschikbare kaart mag bezetten maakt het spel vrij tactisch. De locatie die jij kiest is niet enkel in je eigen voordeel maar maakt dus ook een andere locatie beschikbaar voor de volgende speler. Is dat wel wat je wilt? Ook het feit dat je werkers van andere spelers kan heractiveren is erg interessant, misschien neem je wel een kaart die je tegenstanders willen, in de hoop daar zelf nog wat aan te verdienen? De meerderheden op de drie locaties zijn steeds spannend, het feit dat er achteraf één blokje verdwijnt brengt alles vaak terug in balans waardoor alles mogelijk blijft. Een spel met verrassend veel potentieel dus, waar het niet dat er ook elementen in zitten die er voor kunnen zorgen dat het spel helemaal niet meer leuk is. Zo mag je dus niet het risico nemen om al je goud op te doen, want dan zou het wel eens kunnen dat je voor de rest van het spel niets nuttig meer kan doen. De kaarten om goud te krijgen zijn vrij zeldzaam, aangezien er maar 4/5 kaarten (afhankelijk van het aantal spelers) beschikbaar zijn moet je al wat geluk hebben om net die kaart te kunnen inpalmen als jij aan de beurt bent, zeker in een spel met 3 of 4 spelers. Een kaart van een tegenstander activeren om goud te verdienen dan maar? Vergeet het maar, want je hebt geen goud om hen te betalen! Het enige wat je dan nog rest is het verzamelen van hout en dat hout vervolgens betalen om mensen naar de stadsmuur te sturen of om stadspoorten te bouwen, maar de kans dat je het spel nog zal winnen wordt beduidend kleiner. Jammer, want dit nadeel maakt het spel opeens heel wat minder interessant en het is een nadeel dat misschien wel vermeden kon worden door een eenvoudige bijkomende regel. (dat je vb. ook hout mag betalen om een gebruikte werker van een tegenstander te activeren).

Het spel bevat ook een variant voor twee spelers, en die is best goed gevonden! Beide spelers spelen nu met twee kleuren, maar één van die kleuren dient enkel en alleen om locaties op het veld te ‘blokkeren’. Telkens wanneer je een werker inzet zal je nu ook een werker in je andere kleur moeten neerleggen op een beschikbaar veld. Zo hoef je niet echt met twee kleuren te spelen maar heb je toch het gevoel dat het bord vrij vol geraakt. Ook de variant met leiderkaarten is leuk, al moet je wel opletten dat je niet te veel geld biedt, anders kan je dus in de problemen komen. De tekenstijl is niet helemaal ons ding maar past wel goed bij het thema, de doos had wel veel kleiner gekund.

Conclusie: Nehemiah is een spel met veel potentieel maar met een groot minpunt!

Nehemiah

Met dank aan Gry Leonardo!

Met dank aan Gry Leonardo!

Nehemiah

Auteur: Lukasz Wozniak
Uitgever: Gry Leonardo
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 45 min.
Vanaf 10 jaar

Sint Petersburg (tweede editie)

Spelbeschrijving

De Russische stad ‘Sint Petersburg’ werd in 1703 opgericht en kreeg al snel naam en faam voor de vele bekende gebouwen die vandaag de dag nog steeds de vele bezoekers fascineren. Als je ergens wilt geraken dan moet je beginnen met werkkrachten in dienst te nemen. Zij leveren geld op dat je dan weer kan spenderen aan gebouwen. Vergeet de invloed van de edelmannen echter niet, want ook zij zijn belangrijk voor een goede leiding! Je stad zal alsmaar uitgroeien, het geld stroomt binnen, misschien breek je één van je marktkramen wel af om een heus paleis in de plaats te bouwen?

Sint Petersburg

Sankt Petersburg verloopt over verschillende ronden, elke ronde bestaat uit vier fases. Aan het begin van zo’n fase worden er kaarten van de bijhorende fase opengedraaid (werkkrachten – gebouwen – edellieden – upgrades), vervolgens krijgen alle spelers elk om beurt de kans om één van de openliggende kaarten aan te kopen, dat kan dus ook een kaart zijn dat er al uit een vorige fase/ronde lag. De kostprijs (vermeld op de kaart) wordt aan de bank betaald en de kaart komt in jouw stad te liggen. Je kan er ook voor kiezen om een kaart op hand te nemen, die kan je dan later in het spel nog bouwen. Je kan passen als je geen kaart wilt/kan kopen, maar als het de volgende keer terug aan jou is kan je gerust terug meespelen als je dat wenst. Nadat alle spelers achter elkaar hebben gepast eindigt de fase en krijgen alle spelers inkomsten. In de eerste fase (werkkrachten) leveren alle groene kaarten geld en/of punten op. Tijdens de volgende fasen worden er steeds kaarten bij opengedraaid tot er 10 kaarten op het bord liggen, hoe meer er dus de vorige ronden gekocht werd, hoe meer kaarten er nu worden opengelegd. Verder verlopen alle fases op exact dezelfde manier, waarbij de gebouwen elke ronde punten en de edellieden geld en/of punten opleveren. Met de kaarten in de laatste fase kan je bestaande gebouwen/werkkrachten upgraden, je betaalt dan een bijkomende kost om een bestaande kaart te vervangen door een betere.

Na deze laatste fase worden alle kaarten naar onder geschoven, deze kunnen in de komende ronde aangekocht worden met een korting van 1 roebel. Deze kaarten tellen echter wél mee in het totaal van 10 kaarten dat op het bord mag liggen, dus ook nu: hoe meer er gekocht werd in de vorige ronde/fase, hoe meer kaarten er worden aangevuld. Het spel eindigt aan het eind van de ronde waarin één van de stapels kaarten leeg is. Naast de punten die de spelers tijdens het spel verzamelden krijgen ze nog punten naargelang het aantal verschillende edellieden dat ze in hun stad hebben, dat kan oplopen tot 55 punten! Tenslotte krijgen de spelers nog 5 minpunten voor elke kaart die ze nog op handen hebben en 1 pluspunt per 10 roebel in hun bezit.

Wat is er nieuw in de tweede editie?

De achterkant van het bord kan je gebruiken voor het “nieuwe” Sint-Petersburg, waarin een nieuwe – gele – fase wordt geïntroduceerd met marktkaarten. Bij aankoop van zo’n marktkraam krijg je bepaalde voedingswaren, het aantal voedingswaren dat je hebt wordt in een tabel op het bord bijgehouden. Aan het einde van de fase krijg je niet alleen geld zoals aangegeven op je gele kaarten, maar ook punten naar gelang het aantal voedingswaren je bezit. Voor elk van de zes voedingswaren krijgen de spelers met de meeste voedingswaren punten, die punten worden elke ronde meer en meer. Daarnaast bevat deze editie ook 6 aparte modulen die je aan het spel kan toevoegen. De eerste module bevat paarse kaarten, kaarten die je op hand moet nemen en in een latere beurt kan uitspelen. Ze laten je toe om vb. een gebouw van een tegenstander te kopiëren of om een gebouw uit de aflegstapel te zoeken, maar ook om twee keer na elkaar aan beurt te komen en nog veel meer. Een tweede module voegt extra kaarten toe aan de bestaande decks en de derde module geeft elke speler een bepaalde assistent. Dankzij deze assistent kan de speler gedurende het hele spel korting krijgen op één bepaald type van kaarten. De gebeurteniskaarten uit de vierde module worden naast het bord gelegd en kan je voordat je je beurt uitvoert gebruiken, je kan er je handlimiet mee verhogen of 6 roebel mee verdienen, maar je kan ook een kaart aan het speelbord toevoegen of een andere kaart uit de aflegstapel zoeken. De vijfde en zesde module voegen tenslotte opdrachten en obstakels toe. Wat de opdrachten betreft: je krijgt er drie en je kiest aan het einde van het spel zelf welk van de drie je wilt inzetten om extra punten te verdienen. De meeste kaarten leveren punten op naargelang de kaarten in je stad, maar je kan ook extra punten verdienen als je het meeste geld of veel voedingswaren bezit. De obstakels worden aan het begin van het spel aan het scorespoor gelegd bij de waarden 10, 20, 35, 50 en 70. Drie van deze obstakels zullen je geld/punten opleveren bij het passeren, het aantal geld of punten dat je ontvangt is afhankelijk van de kaarten in je stad. Bij de twee andere obstakels zal je moeten voldoen aan de voorwaarden vooraleer je mag verdergaan. Zolang je niet aan de opdracht voldoet gaan de punten die je op dat moment verdient verloren, je moet namelijk blijven staan. Van zodra je wél aan de voorwaarde voldoet (vb. x-aantal rode/blauwe/gele/groene kaarten bezitten) krijg je een kleine beloning en kan je opnieuw punten verdienen.

Onze mening

 Wij kenden het klassieke spel nog niet, maar we speelden het spel eerst zonder, en daarna met de nieuwe modulen. Over het algemeen kunnen we alvast zeggen dat deze klassieker ons aangenaam verrast heeft, een spel met vrij eenvoudige spelregels en toch heel wat diepgang en keuzes. Het feit dat de edellieden wat uit balans waren en wel héél doorslaggevend waren bij de eindtelling wordt in het nieuwe Sint-Petersburg beter gecontroleerd door de invoering van de extra marktfase. Maar toch blijven de edellieden wel heel doorslaggevend en kan je best proberen voorkomen dat één van je medespelers er in slaagt om heel wat verschillende edellieden aan te kopen. Dankzij speciale marktkaarten kan je tot vier voedingswaren per type verzamelen, maar deze marktkramen kosten je elke ronde opnieuw een hele som geld waardoor je nauwelijks nog op andere dingen kan spelen. Op die manier kan je dan wel ontzettend veel punten verdienen tijdens het spel, maar die grote voorsprong werd bij ons nog wel ingehaald door een speler met veel verschillende edellieden. De balans is dus beter, maar de edellieden blijven nu eenmaal kaarten die je niet over het hoofd mag zien, met of zonder de marktkramen. Ook de toevoeging van de zes modules is leuk, de één al wat meer dan de andere. Vooral de laatste module, met de obstakels, vonden wij een erg leuke toevoeging. Die zorgt ook meteen voor een bepaalde balans in het spel: elke speler is verplicht x-aantal (verschillende) gebouwen in eenzelfde kleur te hebben vooraleer die weer punten kan bijverdienen, het voorkomt dus ook dat één speler zich gaat focussen op één type van kaarten. Wij zullen het spel vanaf nu steeds mét deze obstakels spelen, een echte aanrader! Ook de paarse kaarten uit module één zorgen voor een leuke toevoeging, en de opdrachten zijn een leuk extraatje waar je rekening mee kan houden. De korting van de assistenten is mooi meegenomen maar maakt geen groot verschil, maar de gebeurteniskaarten werden bij ons steevast over het hoofd gezien. De illustraties zijn naar ons mening wel mooier dan de klassieke versie, maar neigen zo nét iets te veel naar een foto, maar dat is uiteraard een kwestie van smaak. De spelregels staan duidelijk beschreven zodat zowel spelers die het nog niet als diegenen die het klassieke spel wél kenden vlot kunnen lezen. Met twee spelers kon het spel ons totaal niet overtuigen, het begon leuk maar werd gewoon veel te langdradig aangezien de decks even dik waren. Het duurt met twee spelers dus veel te lang vooraleer je door zo’n stapel heen bent en het spel eindigt. Met meerdere spelers is het een spel dat we graag nog eens op tafel leggen.

Conclusie: Een klassieker opgetild naar een hoger niveau!

Sint Petersburg

Met dank aan White Goblin Games!

Met dank aan White Goblin Games!

Sankt Petersburg

Auteur: Bernd Brunnhofer & Karl-Heinz Schmiel
Uitgever: White Goblin Games
Aantal spelers: 2 – 5
Tijdsduur: ± 60 min.
Vanaf 10 jaar

Unita

Spelbeschrijving

Helvetia is een land dat nog in de ontwikkelingsfase zit, vier regio’s sturen elk vier troepen naar de magische poort. Maar telkens je een troep uit een andere regio tegenkomt vindt er een heuse battle plaats, de verliezer verliest één of zelfs twee levens en wordt dus alsmaar zwakker. Wie slaagt er in om de meeste eenheden tot aan de magische poort te brengen?

Aan het begin van het spel krijgen alle spelers 16 dobbelstenen in hun spelerskleur, ze worden met de rode (= hoogste) waarde naar boven gelegd. Tijdens de eerste fase van het spel zullen deze dobbelstenen op het speelbord geplaatst worden in vier troepen van elk vier eenheden (= dobbelstenen). Elke speler legt om de beurt twee dobbelstenen op het bord, er kunnen in deze fase nog geen gevechten ontstaan. Nadat alle eenheden op bord werden geplaatst begint fase twee, of eerder: het echte spel. Als je aan de beurt bent moet je verplicht drie verplaatsingsacties uitvoeren, met welke van je troepen je dat doet is niet van belang. Je kan er dus voor kiezen om één troep drie plaatsen naar voor te schuiven, maar je kan gerust ook drie verschillende troepen verplaatsen. Wanneer je jouw troep op een actietegel zet kost dit twee acties, deze tegels werden tijdens de opstelling op het bord gelegd. Van zodra je troep een vijandige troep passeert vindt er een battle plaats: de dobbelstenen die elkaar raken nemen het tegen elkaar op. De hoogste waarde wint, waardoor de dobbelsteen van de tegenstander die hieraan grenst één eenheid verliest. Daarna is er een afwisseling van de wacht, de frontlijn (de dobbelstenen die zonet een battle hebben afgewerkt) gaat naar achter, de achterste dobbelstenen liggen nu vooraan. Op deze manier gaat het spel verder, waarbij alle spelers proberen hun troepen zo compleet mogelijk tot aan de magische poort te brengen. Telkens wanneer één van je troepen op een actietegel staat kan je er voor kiezen om die bekend te maken. Zo’n actietegel kan effect hebben op een battle, waardoor de verdediger sterker wordt en de aanvaller zwakker… of omgekeerd. Naast deze twee standaard tegels heeft elke regio ook een eigen actietegel, zo kan de groene speler een gevecht weigeren of kan de rode speler weer levens bij krijgen. Geel kan een dobbelsteen van één eenheid als vijf eenheden laten tellen en blauw kan de plaatsing van zijn eenheden veranderen. Maar uiteraard kunnen deze voordelen slechts één keer per troep gebruikt worden, en dat enkel op de moment dat die troep op deze tegel staat.

Daarnaast zijn er nog bonuskaarten voorzien, elke speler krijgt drie bonuskaarten met elk hun eigen mogelijkheden. Je zal slechts één van deze kaarten kunnen spelen, welke je speelt dat kies je zelf. Van zodra alle troepen de magische poort bereikt hebben eindigt het spel en tellen alle spelers hoeveel eenheden ze nog over hebben. Diegene met de meeste eenheden wint het spel!

Onze mening

Unita is een zeer abstract spel, het is dus zeker niet voor alle spelers weggelegd. De eerste fase, waarin de dobbelstenen op het bord worden gelegd, is erg moeilijk in te schatten. Af en toe kan je misschien een strategische opstelling kiezen aan de hand van de dobbelstenen die je tegenstanders hebben gelegd, maar het blijft grotendeels gokken… zeker als je het spel voor de eerste keer speelt. De tweede fase is zeer abstract en strategisch. Welke troep verplaats je wanneer? Hoe kan je er voor zorgen dat je tegenstanders veel eenheden verliezen en jij zo weinig mogelijk? Je kan je tegenstanders soms wel in de val lokken, zodat ze jou moeten passeren en enkel zichzelf benadelen. Maar voor je het weet hebben ze jou hetzelfde gelapt! Unita is dus zeker geen slecht spel, met de juiste spelers kan het heel interessant zijn. Tegelijkertijd is het een spel dat zeker niet voor iedereen is weggelegd. Het speelbord heeft twee zijden: de ene zijde voor 2 of 4 spelers, de andere in driehoekige vorm voor 3 spelers. Een leuke oplossing waardoor het spel zowel met 3 als met 4 spelers erg goed speelt! Met twee spelers is dat helaas niet het geval, dé oplossing voor twee spelers is hier dat je met twee kleuren moet spelen: de ene keer met kleur A, tijdens je volgende beurt met kleur B. Zo kan je natuurlijk elk vier-speler-spel met twee spelen! Het speelbord is helaas iets té druk, te veel (mooie) details die het onoverzichtelijk maken, waardoor je soms maar moeilijk kan zien welk nu juist jouw route is. Op bepaalde plaatsen op je route kan je één actiepunt spenderen om je eenheden binnen een bepaalde troep te herschikken, helaas wordt dit vaak vergeten aangezien het symbooltje gewoon verstopt zit onder de dobbelstenen. De actietegels hebben min of meer hetzelfde probleem, als er een troep op staat wordt er snel vergeten dat er een actietegel onder zat, laat staan wélke tegel, want dat kan je al helemaal niet zien! Je moet dus steeds opnieuw die dobbelstenen opnemen om te zien welke actietegel er ligt. Het is toch altijd een heel gedoe. Het opnemen en verplaatsen van de dobbelstenen kan soms ook wel op de zenuwen van de spelers werken, als er veel troepen vlakbij elkaar staan moet je al fijne vingers hebben om de juiste dobbelstenen te verplaatsen.

Conclusie: Unita is een goed, abstract en strategisch spel dat niet voor iedereen is weggelegd.

Unita

Met dank aan Helvetia Games

Met dank aan Helvetia Games

Unita

Auteur: Steve Brück
Uitgever: Helvetia Games
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 60 min.
Vanaf 13 jaar

The Golden Ages

Spelbeschrijving

Golden AgesIn The Golden Ages staat elke speler aan de leiding van een hele beschaving. Doorheen de vier tijdperken zal je je beschaving ten volle laten ontwikkelen, daarvoor ga je technologieën ontwikkelen, kunstenaars opleiden en gebouwen oprichten. Het belangrijkste mag je echter niet uit het oog verliezen: nieuwe continenten ontdekken en steden oprichten in afgelegen gebieden!

Aan het begin van een tijdperk zullen de spelers elk om beurt een continenttegel op het speelbord leggen, de wereldkaart ziet er steeds groter uit! In het eerste tijdperk plaats je je hoofdstad met drie soldaten op deze tegel, vanaf de volgende ronden kan je kiezen of je jouw hoofdstad al dan niet verplaatst. Daarna voeren alle spelers elk om beurt één van de 8 mogelijke acties uit tot wanneer alle spelers een gouden eeuw gestart zijn. Voor vier van die acties heb je één van je soldaten nodig, zo kan je met de actie ontdekkingsreiziger een soldaat verplaatsen en op je nieuwe locatie een stad oprichten. Je ontwikkelde technologieën bepalen op dat moment hoe ver je soldaat kan reizen. Het grondstofsymbool waar je eindigt neem je op dat moment onder controle, ook hier bepalen je technologieën hoeveel inkomen je daarvoor ontvangt. Met de actie bouwvakker kan je een gebouwkaart nemen en op één van je beschikbare velden leggen. Aan het begin van het spel heb je maar één bouwveld beschikbaar, door technologieën te ontwikkelen kan je tot drie beschikbare bouwvelden bezitten. Tenslotte kan je een soldaat ook opleiden tot kunstenaar en daarvoor drie overwinningspunten in ontvangst nemen of hem laten afreizen naar een gebied dat onder controle staat van een tegenspeler, de aanvaller betaalt hiervoor de aangegeven kostprijs en ontvangt een willekeurig roemfiche.

De technologieën kwamen al vaak aan bod, je kan dus uiteraard ook een nieuwe technologie ontwikkelen door de aangegeven kost te betalen. Voor deze en de drie volgende acties heb je geen beschikbare soldaat nodig. Je kan ook een wonder aanschaffen, de eigenschappen van die wonderen verschillen elke eeuw. Doorgaans geven ze een onmiddellijk effect (voordeel) en/of een effect als je de kaart activeert, maar enkele kaarten geven ook punten aan het einde van het spel. Een andere mogelijke actie is dus het activeren van zo’n kaart, je kan daarmee een wonder of een gebouwkaart activeren en het bijhorende voordeel krijgen. Tenslotte kan je een gouden eeuw starten, wat wilt zeggen dat je in deze ronde niet meer mee speelt. Telkens het jouw beurt is ontvang je nu 2 goud. De eerste speler die een gouden eeuw start mag bovendien een ‘oordeel van de geschiedenis’ kiezen, deze kaart bepaalt hoe de puntentelling aan het einde van de ronde voor alle spelers zal verlopen. Nadat alle spelers een gouden eeuw gestart zijn vindt die puntentelling plaats, waarna alles wordt voorbereid voor een volgend tijdperk. Na vier tijdperken eindigt het spel en ontvangen de spelers nog punten voor hun overige geld, roemfiches en ontwikkelde technologieën. Tenslotte maakt elke speler zijn toekomstige technologie bekend, een doelstelling die je aan het begin van het spel kreeg. Als je hierin geslaagd bent ontvang je 8 bonuspunten. De speler met de meeste punten wint het spel.

Onze mening

Aanvankelijk hadden we geen idee wat we van The Golden Ages moesten verwachten. De spelregels lezen vlot en zijn erg duidelijk geschreven, de speluitleg wordt bovendien erg eenvoudig door de duidelijke illustraties. Alle mogelijke acties staan duidelijk getekend op de spelersborden, de symbolen op de kaarten en/of technologieën staan ook nog eens uitgeschreven op een overzichtsblad. Helaas wilt dit niet zeggen dat de illustraties bij ons in de smaak vallen, maar dat is iets persoonlijk. Het spel zelf speelt heel vlot en heeft veel diepgang. Dankzij de vele mogelijkheden zijn er verschillende wegen die kunnen leiden tot de overwinning, je probeert tijdens elke speelsessie iets anders. Vaak wordt je strategie gedeeltelijk bepaald door je doelstelling en beschavingskaarten, die laatste geven je gedurende elke eeuw een bepaald voordeel. Bovendien kan je dankzij die beschavingskaarten ook bepaalde wonderen aan een goedkopere prijs krijgen, maar die afbeeldingen zijn dan weer erg klein en onduidelijk. Na de actie waarbij je een tegenstander kan aanvallen ontvang je een roemfiche, dat is meteen ook het gedeelte dat we het minst kunnen appreciëren in dit spel: de waarden van die roemfiches gaan van 2 tot 6. Hoe vaker je aanvalt, hoe meer je er moet voor betalen. Het kon dan ook op weinig appreciatie rekenen dat iemand die meerdere keren aanvalt minder of even veel punten kan verdienen dan iemand die slechts één keer aanvalt, het verschil tussen 2 en 6 is wat ons betreft te groot. Het idee van de gouden eeuw is dan weer heel interessant: als je vroeg past kan je nog veel geld verdienen én kiezen hoe de puntentelling die ronde verloopt. Anderzijds kan dat ook in je nadeel spelen, aangezien je tegenspelers dan nog aan beurt komen en er misschien nog wel voor kunnen zorgen dat die puntentelling dan in hun voordeel is!

The Golden Ages is een goed expertspel dat erg leuk en vlot speelt, we hebben het spel steeds met plezier op tafel gelegd en ook onze medespelers waren steeds overtuigd. Toch hebben we niet altijd zin om het spel te spelen, maar dat komt vermoedelijk omdat het niet volledig ons genre van spel is. Het spel is op zijn best met drie of vier spelers, het kan perfect met twee spelers maar is in die situatie iets minder interessant. Met vier spelers komt alles beter tot zijn recht en wordt de wereldkaart veel meer uitgebreid dan met twee spelers.

Conclusie: The Golden Ages is een vlot expertspel.

Quined Games

Met dank aan Quined Games!

The Golden AgesThe Golden Ages

Auteur: Luigi Ferrini
Uitgever: Quined Games
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 75 min.
Vanaf 12 jaar

Murano

Spelbeschrijving

Murano is een eiland vlakbij het bekende Venetië. Net als Venetië is Murano een verzameling van kleinere eilanden die door bruggen met elkaar verbonden zijn, deze kleine eilandengroep staat vooral bekend voor zijn glaswerk. In dit spel varen we met gondels om de acties in verschillende gebouwen te kunnen uitvoeren. We zullen heel wat gebouwen oprichten op de verschillende eilanden van Murano: glasfabrieken, winkels, paleizen en nog veel meer!

Als je aan beurt bent kan je de zwarte gondels verplaatsen, de eerste verplaatsingsactie is bovendien gratis. Als je daarna nog verplaatsingen wilt uitvoeren wordt het steeds duurder: een tweede verplaatsing kost één geldmunt, een derde verplaatsing kost twee munten en voor een vierde verplaatsing betaal je nog eens drie extra! Je mag oneindig veel gondels verplaatsen, zolang je al die verplaatsingen maar kan betalen. De actie waarop je uiteindelijk eindigt is de actie die je deze beurt zal mogen uitvoeren. Met sommige acties kan je vb. gebouwen aankopen, op de ene plaats zijn er glasfabrieken te koop, op andere locaties kan je ook paleizen, winkels en speciale gebouwen aankopen. Om al die gebouwen uiteindelijk op het speelbord te kunnen plaatsen zal je ergens de actie bouwen moeten uitvoeren, dan kan je tot drie dingen bouwen. Alle gebouwen leveren punten of voordelen op, maar vergeet niet dat je eerst straten moet leggen alvorens gebouwen te bouwen. Die straten zijn gratis, maar je bent er wel één van je drie bouwacties mee kwijt en ze leveren géén punten op. Op die straten vind je bovendien de klanten, die heb je nodig als je een inkomen wilt. Als je op een eiland een winkel bezit én er lopen klanten in diezelfde kleur rond dan kan je met een andere actie wat geld verdienen. Ook met glasfabrieken kan je een aardig centje bijverdienen, het glas produceren kost je wegens milieu-vervuiling wel twee punten, maar vervolgens kan je meteen glas verkopen. Als je een set met drie dezelfde kleuren kan verkopen kan dat oplopen tot 20 munten! Een andere belangrijke actie is het aankopen van opdrachtkaarten, deze kaarten heb je namelijk nodig als je bij de eindtelling nog wat punten wilt scoren. Het is daarbij niet voldoende om ervoor te zorgen dat één van de eilanden aan die opdracht voldoet, je moet vervolgens ook nog een gondelier bij dat eiland zetten. Dat laatste kan uiteraard in een andere actie, een plaats die voor jou gereserveerd is kost 2 munten, maar als je ze op een andere plaats wilt zetten zal je 5 munten moeten inleveren. Je begint het spel met 5 gondeliers, je kan er tijdens het spel nog twee bij in dienst nemen, maar je kan ze ook tijdelijk verkopen om 3 munten te krijgen. Als je geen van deze acties wil of kan uitvoeren kan je ook passen, je verzet daarvoor één gondel naar keuze en ontvangt 1 munt.

Van zodra er twee stapels met gebouwen of straten op zijn wordt het einde van het spel ingeluid, alle spelers krijgen daarna nog één beurt. Elke speler mag vervolgens nog één opdrachtkaart toewijden per gondelier dat op het speelbord staat, hiermee kunnen de spelers nog tot 21 punten per kaart verdienen. Gondeliers die ingezet zijn maar waarvoor géén kaart voorzien is leveren nog één punt op, maar kaarten die je niet aan een gondelier kan toewijzen leveren niets meer op. De speler die daarna de meeste punten heeft verdiend is de winnaar van Murano!

Onze mening

Murano werd al vermeld bij onze zoektocht naar het beste expertspel van 2014. Ondertussen kwam het spel wat vaker op tafel en zijn we zeker nog even enthousiast. Het verplaatsen van de gondels zorgt ervoor dat het kiezen van de acties heel anders aanvoelt dan bij andere spellen. Deze manier van ‘acties kiezen’ brengt tegelijkertijd het tactische element in Murano. Jij kiest een actie dat je wilt doen maar tegelijkertijd verplaats je één of meerdere gondels en kan je de situatie voor een volgende speler veranderen. Kan hij daardoor gemakkelijker een actie kiezen? Of staat die gondel nu juist grondig in de weg? Sommige acties staan twee keer op het bord, maar de acties waar je geld mee kan verdienen staan er maar één keer op! In de meeste gevallen willen meerdere spelers die actie uitvoeren, wie zet de gondels ‘mooi klaar’ voor de volgende speler? Soms betaalt een speler plots veel om gondels te verplaatsen waardoor de situatie plots helemaal kan veranderen. Zélfs als je wilt passen moet je nog nadenken, want ook dan moet je een gondel verplaatsen! Het is aan te raden om vrij in het begin van het spel opdrachtkaarten aan te kopen, het is handig als je weet waar je naartoe wilt. Al kan je op het einde uiteraard nog kaarten bij trekken in de hoop betere kaarten in te kunnen zetten bij de eindtelling. De spelregels zijn vrij eenvoudig uit te leggen en het speelt ook heel vlot.

Murano bevat een dubbelzijdig speelbord, enerzijds een bord voor 4 spelers en langs de andere kant voor 2/3 spelers. Het grootste verschil is dat er met 4 spelers een extra eiland beschikbaar is, een plaats die op de achterzijde benut wordt om de stapels kaarten te leggen. We speelden het spel met alle spelersaantallen en speelden het spel uiteindelijk het liefst met twee of drie spelers. Met een volle bezetting leek het alsof het spel aan het einde wat langdradig werd, sommige spelers wisten niets nuttig meer te doen en het ging wat slepen. Een gevoel dat we met twee en drie spelers nooit hebben gehad! Ook met twee viel Murano zeker in de smaak. De kaarten maken het spel toch wel taalafhankelijk, ook al zijn de symbolen op de kaarten vrij duidelijk.

Conclusie: Murano is een topper dat hier zeker in de smaak viel!

Murano

Met dank aan Mayfair Games!

Met dank aan Mayfair Games!

Murano

Auteurs: Markus & Inka Brand
Uitgeverij: Mayfair Games
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 70 min.
Vanaf 10 jaar

Aquasphere

Spelbeschrijving

De AquaSphere is een diepzee-onderzoeksstation waarin de spelers aan de slag gaan om de nieuwe kristalsoort en de bodem te onderzoeken. Je hebt niet veel tijd en zal dus efficiënt moeten werken als je alles in de verschillende sectoren van het station grondig wilt uitvoeren, gelukkig beschik je over de allernieuwste onderzoeksrobots! Het komt er dus alleen op neer om die robots zo goed mogelijk te programmeren en de octopussen te verwijderen, die zouden het werk van je robots anders serieus in de war kunnen brengen!

Als je aan de beurt bent heb je drie opties: een robot programmeren, een geprogrammeerde robot aan het werk zetten of passen. Om een robot te programmeren verzet je je ingenieur in het hoofdkwartier (rond bord) volgens de witte pijlen. De plaats waar je ingenieur eindigt bepaalt vervolgens in welk programma je een robot mag programmeren. De programmasymbolen zullen elke ronde anders liggen. Één keer in elke ronde kan je er ook voor kiezen om drie tijdfiches te betalen om een robot naar keuze te programmeren. Een geprogrammeerde robot kan je vervolgens (in een volgende beurt) inzetten om de bijhorende actie uit te voeren. De plaats van je wetenschapper bepaalt in welke sector dat gebeurd, maar je kan je wetenschapper uiteraard eerst verplaatsen door de gevraagde tijdsfiches te betalen. Het programma bepaalt vervolgens wélke van de zeven mogelijke acties die robot zal uitvoeren. Zo kan je met de groene actie je eigen lab uitbreiden waardoor je een grotere capaciteit krijgt en meer materiaal kan bewaren. Dat kan handig zijn wanneer je later met een andere acties tijdfiches of kristallen wilt nemen, maar zelfs bij het vangen van octopussen bepaalt je lab hoeveel je er kan vangen! Het vangen van octopussen levert je meteen punten op, hoe meer octopussen je tegelijkertijd kan vangen, hoe meer punten. Ook door het plaatsen van duikboten verdien je punten, hoe later in het spel je dat doet, hoe meer punten het oplevert. Maar hoe meer boten er al in die sector aanwezig zijn hoe meer tijdsfiches je ervoor zal moeten betalen! Een onderzoekskaart nemen levert niet alleen punten op maar ook een voordeel. Soms is dat een éénmalig voordeel, andere keren kan je er tot aan het einde gebruik van maken. Als je geen acties meer kan of wil uitvoeren kan je passen, van zodra alle spelers gepast hebben eindigt de ronde en volgt er een korte puntentelling. Diegene die de meeste controlekamers bezit (het laatst een actie heeft uitgevoerd in een controlekamer OF zijn robot er heeft kunnen plaatsen dankzij een lab-uitbreiding) krijgt 6 punten, daarnaast krijgen alle spelers ook punten naar gelang het aantal robots die werden ingezet (en nog op het bord staan van vorige ronden) en het aantal kristallen in hun voorraad. Achtergebleven octopussen in de sectoren waar jouw robots actief zijn zorgen helaas voor minpunten. Het totaal wordt opgeteld en aangeduid op het scorespoor rond het hoofdkwartier, telkens je figuur daardoor een rode lijn passeert zal je een kristal moeten inleveren of een geprogrammeerde robot moeten inactief maken, als je dat niet kan blijf je achter de lijn staan en verlies je de overige punten. De tweede, derde en vierde ronde verlopen op exact dezelfde manier, maar de kans wordt nu groter dat er robots terug naar je spelersbord gestuurd worden. Er kunnen namelijk maar x-aantal robots in de laadstations blijven staan, van zodra dat aantal overschreden wordt (vb. wanneer er een actie wordt uitgevoerd) gaan alle robots terug weg, op één na per speler.

Na de vierde puntentelling volgt nog een laatste eindtelling, hierbij hoef je geen kristallen meer in te leveren om rode lijnen te passeren. Je krijgt nog punten naar gelang het aantal verschillende letters in je lab. Elke tijdsfiche is nog één punt waard en daarnaast zijn er nog twee bonussen (t.w.v. 6 punten) te verdienen voor diegenen die al hun duikboten hebben ingezet en/of een compleet lab gevormd hebben. De speler die daarna de meeste punten heeft verzameld wint het spel.

Onze mening

Aquasphere is zoals vele expertspellen eventjes wennen als je het voor de eerste keer speelt. De spelregels zijn in principe eenvoudig: je programmeert een robot of je voert een geprogrammeerde actie uit. Toch zijn er vele kleine regeltjes waar je rekening mee moet houden, die maken het vooral in het begin wel wat ingewikkeld. Iedereen begrijpt het spel, maar niemand weet juist wát hij gaat doen. Na één ronde ben je er wel helemaal mee weg en vallen alle puzzeldeeltjes plots samen. Dat is het moment waarop je Aquasphere begint te appreciëren, je ziet de vele mogelijkheden en beseft dat er zoveel dingen zijn die je nog wilt doen, maar je er helaas zo weinig tijd voor hebt! Een spelletje Aquasphere neemt dan wel zo’n 100 minuten in beslag, maar vier ronden lijkt erg weinig en je krijgt nooit alles gedaan wat je wel zou willen doen. Hét kenmerk voor een goed spel, want dat maakt dat je het een volgende keer misschien net iets anders gaat aanpakken. De herspeelbaarheid wordt ook vergroot door de vele verschillende kaarten en lab-uitbreidingen. Al die dingen, in combinatie met je beginpositie, zullen er voor zorgen dat je steeds iets anders probeert! Stefan Feld heeft ook in dit spel elementen uit verschillende andere spellen samengevoegd, de spelersbordjes en inkomsten/punten die afhangen van het aantal ingezette robots doen denken aan Terra Mystica (ook al is dit geen Feld), terwijl de bonussen die je kan verdienen ons aan Bora Bora herinnerden, ook in dit spel kan je op veel verschillende manieren punten scoren. Ondanks die elementen uit verschillende spellen én het feit dat je wel degelijk voelt dat het een spel van de hand van Stefan Feld is kon Aquasphere ons zeer zeker overtuigen. Het is een succesvol samenraapsel van elementen die samen toch een nieuwe ervaring brengen.

Het thema en de uitleg schrikt sommige spelers wel eens af, maar het is de moeite waard om toch even door te bijten. Je zal snel merken dat dit echt een heel goed spel is! Het materiaal is van een goede kwaliteit en de illustraties van Dennis Lohausen kunnen we zoals altijd wel smaken, al geven ze in het begin toch een zeer ‘drukke’ indruk. De opstelling verschilt naar gelang het aantal spelers, zo zal ook de bevoorrading aan het begin van elke ronde daarvan afhangen. Je moet aan het begin van het spel dus goed nakijken dat je het juiste materiaal gebruikt, maar het zorgt er wel voor dat Aquasphere zowel met twee, drie als vier spelers even goed tot zijn recht komt. Top!

Conclusie: Aquasphere behoort voor ons bij één van de betere spellen van Stefan Feld!

Quined Games

Met dank aan Quined Games!

Aquasphere Aquasphere

Auteur: Stefan Feld
Uitgever: Quined Games
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 100 min.
Vanaf 12 jaar

Euphoria

Spelbeschrijving

EuphoriaJe bent opgegroeid in een ware dystopia, een woord dat vroeger niet eens in je woordenboek stond. Nu is het aan jou om samen met je werkers alle krachten te bundelen. Richt gebouwen op, bouw tunnels en verzamel artefacten in de hoop veel prestige te vergaren. De speler die als eerste zijn 10 sterren op het bord plaatst wordt de winnaar van Euphoria!

Als je aan de beurt bent heb je in theorie slechts twee opties: een werker op het bord plaatsen of werker(s) terug halen. De waarde van je dobbelsteen bepaalt de intelligentie van je werker, al je werkers mogen geen intelligentie van 16 of hoger hebben want dan zal je een werker moeten verwijderen. Werkers kan je o.a. inzetten om grondstoffen te verzamelen. Bij het inzetten van een werker tel je de totale intelligentie van alle werkers daar aanwezig. Hoe hoger de intelligentie, hoe meer grondstoffen je krijgt, maar daardoor stijgt ook je algemene intelligentie. Dat laatste wil je graag vermijden want je wilt het niet riskeren een werker kwijt te spelen. Daarnaast heb je ook de tijdelijke actievakken, daar kan maar één werker tegelijkertijd aanwezig zijn. Van zodra een speler een dobbelsteen op zo’n locatie wilt inzetten wordt de dobbelsteen die hier stond teruggegeven aan de eigenaar, de dobbelsteen wordt dan meteen gedobbeld om de nieuwe intelligentie te bepalen. Op deze actievelden kan je vb. een nieuwe werker in dienst nemen, op voorwaarde dat je de aangegeven kost kan betalen. Een andere mogelijkheid is het graven van een tunnel, je geeft hiervoor het gevraagde grondstof af en krijgt in de plaats het aangegeven product of een artefact! Die artefacten kan je op een andere locatie dan weer inleveren om één van je sterren op een artefacten markt te plaatsen. Goud, steen en klei kan je o.a. gebruiken om mee te werken aan een bouwproject. Op deze plaatsen kunnen je tegenspelers je werker uiteraard niet vervangen, jouw dobbelsteen blijft op dat actievakje staan tot het bouwproject afgewerkt is of tot je beslist hem eerder terug te halen. Van zodra een bouwproject genoeg dobbelstenen heeft wordt het gebouw opgericht, dat aantal is afhankelijk van het aantal spelers. Alle spelers die meegewerkt hebben aan het project mogen vervolgens één ster op het gebouw leggen, alle andere spelers zullen vanaf dat moment een handicap krijgen. Die handicap staat geschreven op de gebouwtegels, je weet op voorhand dus niet wat dat zal zijn. Het gebouw zorgt ook voor nieuwe actievelden waarmee je een ster op de artefacten markt kan leggen.

Aan het begin van het spel kiezen de spelers twee rekruten, één daarvan is al meteen actief, de andere zal je tijdens het spel nog moeten activeren in het juiste gebied op het speelbord, al kan het goed zijn dat je tegenstanders daar aan mee helpen zonder het te beseffen! Telkens wanneer er in een gebied grondstoffen gehaald worden verschuift het blokje op het bijhorende alliantiespoor, van zodra dat de 7de plaats bereikt heeft mogen alle spelers hun rekruten van het bijhorende volk activeren. Ook door het graven van tunnels in het bijhorende gebied kunnen deze geactiveerd worden. Normaal gezien kan een speler slechts één werker inzetten in zijn beurt, als je echter meerdere werkers met dezelfde intelligentie hebt kan je deze allemaal inzetten tijdens dezelfde beurt. Telkens je werkers wilt terugtrekken sta je voor de keuze: betaal je een grondstof of niet? Als je dat wél doet krijg je twee moraal bij, dat er voor zorgt dat je maar artefacten op hand kan houden. Als je dat niet doet verlies je één moraal. Alle dobbelstenen die je terugtrekt worden meteen gedobbeld zodat de totale intelligentie gecontroleerd kan worden. Het spel eindigt van zodra een speler tien sterren op het bord heeft liggen, deze speler wint het spel.

Onze mening

Euphoria is een spel dat ons al lang fascineerde, we speelde het één keer kort na de Kickstarter campagne en waren dan ook heel blij dat we het nu meerdere keren konden testen. Het is een workerplacement met net dat tikkeltje extra. Enerzijds wil je snel sparen voor vier werkers, anderzijds moet je daarmee opletten dat je intelligentie nooit hoger is dan 16, want dan verlies je een werker! De rekruut die je aan het begin kiest geeft je een bepaald voordeel en zal grotendeels bepalen hoe je het spel begint. Er zijn heel veel verschillende wegen naar de overwinning. Sommige spelers gaan steevast mee in de bouwprojecten en geraken op die manier heel wat sterren kwijt zonder benadeeld te worden, we zagen echter ook al spelers winnen die amper aan die bouwprojecten mee werkte! Door veel artefacten te verzamelen kan je je ster alsnog op een gebouw plaatsen, en daarnaast ging de spelers vooral naar de artefact markten! Door veel op een bepaald gebied te spelen kan je je tegenstanders helpen zonder dat je het zelf wist, want op een gegeven moment mogen (ook) zij een rekruut in die kleur activeren! Er zijn veel kleine dingen waar je rekening moet mee houden. De spelregels van Euphoria zijn enerzijds moeilijk te doorgronden en bevatten een zekere complexiteit, anderzijds speelt het heel vlot. Eens je bezig bent lijkt het logisch en simpel in elkaar te zitten. De gebouwen die in het spel zitten zullen steeds anders zijn, slechts 6 van de 18 gebouwen worden in een spel gebruikt. Daarnaast zijn er ook 48 unieke rekruten, die combinatie zorgt ervoor dat Euphoria ook na enkele speelsessies nog boeiend is en telkens anders aanvoelt.

Het spel speelt met alle spelersaantallen goed, de plaatsen in de artefact markten en de bouwprojecten worden aangepast naar gelang het aantal spelers waardoor alles in evenwicht blijft. Ook met twee spelers is het leuk en spannend, maar het speelt uiteraard wel anders dan met 4,5 of 6 spelers. Je dobbelsteen zal minder vaak terug komen doordat iemand een tijdelijk actieveld inneemt. Met meerdere spelers moet er meer worden samengewerkt om gebouwen af te werken, met 2/3 spelers moeten er maar twee werkers aanwezig zijn om een bouwproject te vervolledigen, dat maakt het mogelijk om een gebouw in je ééntje op te richten. Het materiaal is van erg goede kwaliteit, met unieke dobbelstenen en mooi afgewerkte houten figuren. De lay-out is heel mooi, al oogt het bord in het begin wel vrij druk. Dat durft sommige spelers wel afschrikken terwijl dat helemaal niet nodig is.

Conclusie: Euphoria is een unieke workerplacement met veel wegen naar de overwinning!

Euphoria

Met  dank aan Morning Players!

Met dank aan Morning Players!

Euphoria: Build a better Dystopia

Auteur: Jamey Stegmaier & Alan Stone
Uitgeverij: Morning Players
Aantal spelers: 2 – 6
Tijdsduur: ± 60 min.
Vanaf 13 jaar