Hong

Spelbeschrijving

pic2844674_mdEen Hong is een tweekoppige draak, hét strijdmiddel van de roekeloze drakenmeester die de keizer wilt verslaan. Je speelt in de tuinen of in het kasteel, de bedoeling blijft eenvoudig: de drakenmeester probeert zo veel mogelijk Hongs te creëren, de keizer probeert dit te voorkomen in de hoop de ondergang van zijn keizerrijk te voorkomen. Wie zal het halen?

Elk om beurt, beginnend met de keizer, plaatsen beide spelers één drakentegel op het bord. Alle tegels zijn identiek, je kiest dus enkel waar je hem legt en hoe je hem draait. Van zodra er een draak gevormd wordt van minstens 3 tegels (kop – lichaam – kop) is er een Hong gevormd. Op deze manier gaat het spel verder, tot alle velden bedekt zijn met tegels. De drakenmeester wint als hij minstens 15 Hongs heeft gevormd (13 als er in de tuinen gespeeld wordt), in alle andere gevallen wint de keizer.

Het spel voorziet alvast ook een uitbreiding: “De Grot van de Zeven Grootdraken”. De zeven actie-tegels worden op het uitbreidingsbord gelegd, van zodra er een Hong wordt afgemaakt kan er een grootdraak opgeroepen worden, afhankelijk van het aantal lichaamsdelen van de zonet afgewerkte Hong. Met deze acties kan je o.a. een drakentegel draaien, verplaatsen of zelfs verwisselen met een steentegel.

Onze mening

Dankzij de mooie illustraties op de doos lagen onze verwachtingen voor Hong best hoog. Bovendien brachten dezelfde auteur (en uitgever) ons onlangs ook Sugar Gliders, waar we best enthousiast over waren. Helaas werden de verwachtingen na de eerste speelsessie helemaal niet ingelost: abstract, saai.  Het tellen achteraf is best onoverzichtelijk maar dat losten wij op door een drakenfiche op een Hong te leggen van zodra die werd afgewerkt, al kan het zijn dat het spel hierdoor iets minder spannend werd. De uitbreiding maakt het spel opeens veel boeiender en tegelijk ook moeilijker, dit moeten ze voor ons geen uitbreiding noemen: het hoort gewoon écht bij het spel! Plots krijg je een aantal keuzes: maak je als keizer die Hong af om zo te kunnen profiteren van die extra acties? Of maak je de Hong van je tegenstander toch maar wat langer om zo te vermijden dat die ene actie gebruikt wordt? Als drakenmeester wil je nu plots ook lange Hongs maken i.p.v. die vele kleintjes, maar dat maakt het tegelijk ook weer moeilijker om voldoende Hongs te creëren. Geen twijfel mogelijk, met die uitbreiding erbij is Hong best een leuk spel. Toch is de kans groot dat we in de toekomst een ander tweepersoonsspel kiezen, de herspeelbaarheid is wat ons betreft niet zo heel erg groot.

Conclusie: Onze gouden raad: speel Hong meteen met de Grot van de Zeven Grootdraken!

Hong

Met dank aan White Goblin Games!

Met dank aan White Goblin Games!

pic2640666_mdAuteur: Néstor Romeral Andrés
Uitgever: White Goblin Games
Aantal spelers: 2
Tijdsduur: ± 30 min.
Vanaf 8 jaar

Piñata Party

Spelbeschrijving

We zijn uitgenodigd op een verjaardagsfeestje, op het grasveld staat een mooie piñata te blinken… wie doet er mee? Haal die blinddoeken maar boven en sla erop los tot de piñata breekt en een stortvloed van kleurrijke snoepjes je overvalt! Welke oogjes beginnen er niet te blinken bij het zien van dit mooie tafereel? Sla je slag en probeer zo veel mogelijk snoepjes te verzamelen. Wie heeft aan het einde de lekkerste verzameling?
Aan het begin van het spel worden er willekeurig 2 bewegingskaarten en één scorekaart getrokken. Deze kaarten zullen bepalen hoe het spel deze keer zal verlopen. Als je aan de beurt bent doe je beide bewegingen in de hoop zo veel mogelijk snoepjes te verzamelen. Je bent verplicht om de twee bewegingskaarten te gebruiken, als je na je tweede beweging een groep met snoepjes van dezelfde kleur hebt gevormd mag je deze snoepjes aan je persoonlijke collectie toevoegen. Er zijn 10 verschillende bewegingskaarten, toch zal je slechts twee bewegingen per spel kunnen gebruiken. Zo kan je met de jacht in een rechte lijn vooruit, en kan je al hinkelend over een ander snoepje springen. Met de doolhof kaart kan je drie korte bewegingen na mekaar uitvoeren, met de trein kan je dan weer meerdere snoepjes vooruit duwen. Sommige bewegingskaarten laten je zelfs toe om snoepjes te stapelen! Het spel eindigt als alle spelers na elkaar gepast hebben omdat ze geen mogelijkheden meer zien. De gekozen scorekaart zal vervolgens bepalen hoe de puntentelling verloopt. Soms krijg je simpelweg een aantal punten naar gelang het aantal snoepjes dat je hebt verzameld, andere keren wordt de waarde van de snoepjes bepaald naargelang hetgeen er nog op het speelbord ligt en bij de laatste kaart worden de punten verdeeld volgens de meerderheden. De speler met de meeste punten wint het spel. De makers hebben ook een variant voor jongere snoepliefhebbers voorzien. Voor deze variant gebruiken we de andere zijde van het speelbord en komen er minder snoepjes op het bord te liggen. Het is deze keer niet verplicht om beide bewegingsacties uit te voeren en bovendien werd er een speciale beweging- en scorekaart voorzien.

Onze mening

De kleurrijke doos en het thema doen vermoeden dat het een spel voor kinderen is, bovendien zijn ook de spelregels zo eenvoudig dat je meteen van start kunt gaan. Maar niets is minder waar! Vanaf je eerste beurt besef je dat het allemaal veel eenvoudiger klinkt dan het eigenlijk is. Het thema is erg leuk en kleurrijk uitgewerkt, maar dat komt tijdens het spel (helaas?) niet naar boven, Piñata Party is een erg abstract spel. Het enige wat je bezig houdt zijn die twee mogelijke bewegingen en de vraag hoe je daarmee zoveel snoepjes kan verzamelen. Onze vaste lezers weten dat wij een goed abstract spel zeker kunnen appreciëren, en dat is ook nu weer het geval. Het is gewoon leuk hoe je met twee bewegingen de beste wegen naar succes kan zoeken. Het aantal beweging- en scorekaarten zorgt er voor dat er best wel wat variatie in het spel is. De combinatie van bewegingen bepaalt het spel volledig, zo voelden alle speelsessies heel anders aan. Vooral de bewegingskaarten waarbij je kan stapelen geven een andere dimensie aan het spel, letterlijk en figuurlijk. Het feit dat ook de puntentelling steeds anders verloopt maakt het plaatje compleet. Piñata Party is een spel dat wij in de toekomst graag nog op tafel leggen. Het aantal spelers heeft op dit spel weinig invloed, alleen wordt de downtime met meerdere spelers wel groter. Je kan namelijk maar beginnen nadenken wanneer je aan de beurt bent.

Conclusie: Piñata Party is een goed, abstract en tactisch spel dat moeilijker is dan het laat uitschijnen!

Met dank aan A-Games!

Piñata Party

Auteur: Hegedus Csaba
Uitgever: A-Games
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 30 min.
Vanaf 8 jaar

Pack O Game n°1: HUE

In augustus 2014 verscheen er op onze website een interview met Chris Handy. Hij vertelde ons over zijn nieuwste serie mini-spellen: Pack O Game. Acht kaartspelletjes in een doosje dat zo groot is als een pakje kauwgum. Vandaag bespreken we het eerste spel uit de reeks: HUE.

Spelbeschrijving

De vertaling van het woordje HUE doet alvast vermoeden dat dit kaartspel over kleurtinten zal gaan. In dit spel gaan twee tot vijf spelers samen aan de slag om een gebied met vele kleuren op te bouwen. Kies in het geheim welke drie kleuren je wilt scoren, werk die kleurgebieden zo goed mogelijk uit en probeer te ontcijferen wat je tegenstanders van plan zijn. Zo kan je hun plannen misschien nog boycotten!

Drie willekeurige startkaarten bepalen hoe het speelgebied er uit ziet aan het begin. Alle spelers krijgen vijf of zes handkaarten (afhankelijk van het aantal spelers), waaronder één speciale kaart met daarop een doodskop. Het spelverloop is heel eenvoudig: als je aan de beurt bent leg je één kaart in het speelgebied. De kaart die je tenslotte overhoudt is je scorekaart. Wanneer je een kaart aanlegt moet er steeds één volledig vierkant grenzen aan een eerder gelegde kaart, het maakt daarbij niet uit of je de kaart horizontaal of verticaal legt. Het is ook toegelaten om een eerder gelegde kaart gedeeltelijk te overlappen, in dat geval mag exact één derde (= vierkant) van je kaart overlappen.

Je kiest doorheen het spel zelf welke kaart je wilt houden als scorekaart, pas bij je allerlaatste beurt is die beslissing definitief. De drie kleuren op je gekozen kaart bepalen vervolgens voor welke kleuren je punten zal scoren. Het aantal punten wordt bepaald door het grootste gebied van die bepaalde kleur. Een smal vakje telt daarbij als één punt, een vierkant vakje telt voor drie punten. Gebieden met een doodskop worden herleid tot nul punten en tellen dus niet mee voor de puntentelling. De middelste kleur van je scorekaart is bovendien dubbel zoveel punten waard. De speler die daarna de meeste punten heeft wint het spel.

Onze mening

Om te beginnen waren we vooral verrast door de omvang van het doosje. De acht spellen samen zijn ongeveer even groot als een regulier kaartspel, de vergelijking met een pakje kauwgum is dus niet gelogen. Dat maakt dat de spelletjes alvast heel gemakkelijk mee te nemen zijn, het past overal in: in je jaszak, in de handtas, in een rugzak, … Ideaal om bij elke gelegenheid een spel tevoorschijn te toveren. Maar zijn ze dan ook goed? HUE deed ons alvast verbazen, dit abstracte (tegel-)legspel is niet alleen uniek qua vorm van de kaarten, maar ook het principe waarbij je zelf je scorekaart kiest is erg leuk gevonden. Op amper tien minuutjes tijd moet je heel wat beslissingen maken: welke kaart wil je houden als scorekaart? Hoe probeer je die kleurgebieden uit te werken? Welke kleuren zijn je tegenstanders aan het uitwerken en hoe kan je dat voorkomen? De kaart met de doodskop is vast en zeker een groot pluspunt in dit spelletje. Naarmate het aantal spelers toeneemt heb je uiteraard minder in de hand: het speelgebied kan er plots heel anders uit zien als vier andere spelers plots ook een kaart hebben toegevoegd. Toch wordt het spel daarom niet minder leuk, je kan soms ook mee profiteren van het werk van je tegenspelers. Of HUE hier nu plots één van de populairste fillers zal worden? Nee, zeker niet. Maar het is zeker geslaagd in zijn opzet: een klein en degelijk spelletje dat overal mee naartoe kan. Zo’n begin maakt ons alvast nieuwsgierig voor de komende zeven spellen uit de reeks.

Conclusie: Compact, abstract, snel, eenvoudig en leuk.

Perplext

Met dank aan Perplext!

HUEHUE

Auteur: Chris Handy
Uitgever: Perplext
Aantal spelers: 2 – 5
Tijdsduur: ± 10 min.
Vanaf 8 jaar

Genius Fun & Go

Spelbeschrijving

Het overbekende, geniale bordspel heeft er een nieuw familielid bij gekregen: Genius Fun & Go. Een snelle variant die gebaseerd is op dezelfde zes symbolen als het originele spel. Ook deze keer is het belangrijk om je aandacht te verdelen over de zes kleuren, het is een echte race om als eerste zes volledige reeksen te vormen!

Aan het begin van het spel worden alle tegeltjes gedekt op tafel gelegd, drie willekeurige tegels worden in het midden van de tafel gelegd. Als je aan de beurt bent neem je een tegel uit de voorraad en leg je deze in jouw speelgebied. Ligt deze kleur niet in het midden van de tafel? Jammer, dan is je beurt alweer voorbij. Je legt alle tegels uit jouw speelgebied in het midden. Als deze kleur wél in het midden ligt dan heb je de keuze: Waag je het erop om nog een tegel te trekken, met het risico om alles uit deze beurt kwijt te spelen? Of speel je liever op veilig en ga je jouw tegels scoren? Om te scoren neem je alle tegels uit je speelgebied én de tegels uit het midden die daarmee overeenkomen. Je beurt is nu voorbij, maar de gescoorde tegels nemen ze jou alvast niet meer af. Op deze manier speel je steeds verder. Buiten een tegel te trekken die niet in het midden van de tafel ligt kan je ook kapot spelen door een tegel te trekken die je eerder in je beurt al getrokken had. Ook dan is je beurt meteen afgelopen en leg je alle verzamelde tegels in het midden. Wanneer je exact één zwakste kleur hebt (= de kleur waar je het minst aantal tegels van bezit) én er ligt toevallig een tegel in deze kleur in het midden dan kan je er ook voor kiezen om zo één tegel te nemen in plaats van je beurt op de gebruikelijke manier uit te voeren.

Van zodra je er in geslaagd bent om 5, 6 of 7 – afhankelijk van het spelersaantal – tegels van éénzelfde kleur te scoren verdien je een extra spelersbeurt. Je kan vanaf nu geen tegels in deze spelerskleur meer scoren, als je dat toch doet gaan ze gewoon naar de algemene voorraad. Op deze manier probeer je als eerste zes verschillende, volledige reeksen te vormen. Als je daar in slaagt ben je de winnaar van Genius Fun & Go. De rangschikking van de overige spelers wordt bepaald aan de hand van hun zwakste kleur.

Onze mening

De naam Genius wekt alvast een zekere verwachting op, het is een abstracte klassieker die we erg kunnen appreciëren. Als je Genius Fun & Go op tafel legt kan je maar beter iets heel anders verwachten, want het tactische element dat we in het bordspel zo graag terugzien is hier helemaal verdwenen. Deze versie werd gereduceerd tot een eenvoudig push-your-luck spelletje. Je neemt een tegeltje en met wat geluk kan je daarna kiezen of je er nog ééntje (of zelfs meer) durft te trekken of niet. Als je een foute tegel trekt dan maak je het alleen maar interessanter voor de volgende speler: met meerdere tegels in het midden is de kans alleen maar groter dat hij wél iets nuttig zal kunnen doen. Dat is wellicht hetgeen waar die “Fun” uit de titel op slaagt, gewoon tegeltjes trekken tot de grootste geluksvogel er met de overwinning vandoor gaat. Onze favoriete filler zal het helaas niet worden. De “Go” variant had voor ons verder mogen gaan: steek alle tegeltjes in een stoffen zakje en je hebt een ideaal, snel en eenvoudig spelletje om mee op reis te nemen. Bovendien speelt zo’n stoffen zakje veel leuker dan een grote berg voorraad op tafel. Daarnaast is de speelervaring met alle spelersaantallen hetzelfde. Met twee spelers moet je een series van 7 tegels maken, met vier spelers volstaan 5 tegels. Daardoor duurt het spel steeds ongeveer even lang. De herspeelbaarheid roept bij ons wel wat vraagtekens op, wij zullen het in ieder geval geen vijf keer na elkaar op tafel leggen.

Conclusie: Genius Fun & Go is snel en eenvoudig, maar iets minder geniaal dan het bordspel.

Genius Fun & Go

Met dank aan White Goblin Games!

Met dank aan White Goblin Games!

Genius Fun & Go

Auteur: Reiner Knizia
Uitgever: White Goblin Games
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 20 min.
Vanaf 7 jaar

Battle Sheep

Spelbeschrijving

Het gras is altijd groener aan de overkant, een zinnetje op het lijf geschreven van dit abstracte spel. Probeer je tegenstanders in de val te lokken en al het groene gras voor jezelf te houden. Maak strategische beslissingen, verdeel je kudde over de grote wei en blokkeer je tegenstanders.

Aan het begin van het spel zullen de spelers het speelbord zelf opbouwen, iedereen krijgt vier tegels om elk om beurt één daarvan neer te leggen. Op deze manier heb je de opbouw van het speelbord min of meer zelf in de hand en is de grootte ervan afhankelijk van het aantal spelers! Daarna plaatsen de spelers hun kudde van 16 schapen aan de rand van de weide en kan het spel écht beginnen. De opdracht is simpel, als je aan de beurt bent verplaats je een deel van je kudde naar een andere locatie. Hoeveel schapen je van je stapel neemt mag je zelf kiezen, zolang je er maar minstens één laat staan. Welke richting je uit gaat mag je ook kiezen, maar je zal in de gekozen richting zover moeten lopen als je kan. De volgende keer kan je dan kiezen welk van je stapels schapen je gaat splitsen enzovoort. Van zodra je geen enkele geldige beweging meer kan maken eindigt het spel voor jou, de anderen spelen verder tot niemand nog een geldige beweging kan maken. Daarna volgt de puntentelling: elk schaapje (of stapel met schapen) levert één punt op. Diegene die de meeste schapen heeft kunnen plaatsen wint het spel, bij gelijke stand is het belangrijk dat je schapen aan elkaar grenzen, diegene met de grootste cluster van schapen gaat er dan met de overwinning van door.

Onze mening

Battle Sheep is een kort spelletje met heel eenvoudige spelregels en toch heel wat tactiek. Het is een abstract spel waar een willekeurig thema is opgeplakt, maar dat thema is dan ook mooi uitgewerkt. Alle schaapjes zijn nét iets anders, het ene kijkt boos, het andere lief, … De leuke, mooie illustraties en het sublieme materiaal maakt dit abstracte spelletje alleen maar leuker om te spelen. Je moet steeds vooruit kijken, proberen te vermijden dat je grote kudde opgesloten geraakt en tevens proberen je tegenstanders in te sluiten. We speelden het spel zowel met twee, drie als vier spelers en we vonden dat allemaal even goed, al is het met twee misschien nét iets tactischer. Het is niets voor een veelspeler die niet houdt van abstracte spellen, maar het viel bij ons steevast in de smaak bij de familiespelers en kinderen. Je kan het speelveld uiteraard elke keer anders gaan opstellen, maar heel groot is de variatie natuurlijk niet. De herspeelbaarheid is dan misschien ook niet super groot, maar toch is het een spel dat wij graag op tafel leggen.

Conclusie: Battle Sheep is een kort, eenvoudig, tactisch en abstract spelletje!

Battle Sheep

Met dank aan BlackRock Games!

Met dank aan BlackRock Games!

Battle Sheep

Auteur: Francesco Rotta
Uitgever: Blue Orange Games
Tijdsduur: ± 15 min.
Aantal spelers: 2 – 4
Vanaf 7 jaar

Mad City

Spelbeschrijving

Mad CityIn Mad City neem je de rol van een gehaaste architect op jou, het is een race tegen de tijd om de beste metropolis ter wereld te bouwen. Je wilt niet alleen een mooie en levendige stad oprichten, je wilt het vooral nét dat tikkeltje beter doen dan je concurrenten. Wees snel maar efficiënt en gebruik de middelen die je voor handen krijgt. Waar wacht je nog op? Het is tijd om te beginnen!

Aan het begin van elke ronde nemen alle spelers 9 stadstegels (gedekt) uit de zak, van zodra de zandloper wordt omgedraaid hebben ze maar één doel voor ogen: een stad maken van drie op drie. Daarbij is er geen enkele verplichting, doodlopende straten en verschillende zones door elkaar? Geen probleem, maar als je punten wilt scoren dan kan je toch maar beter wat opletten. Op het einde van de ronde worden de verschillende steden gescoord, om te beginnen krijgt de speler met de langste weg even veel punten als zijn/haar weg lang is. Daarna scoren alle spelers punten naargelang de verschillende zones in hun stad. Het aantal punten dat je krijgt voor een bepaalde zone is afhankelijk van de kleur en het aantal gebouwen in die zone. Zo levert een gele zone met 13 (of meer) gebouwen je 5 punten, terwijl zo’n zone met 6 gebouwen maar één schamel puntje oplevert. Voor vijf blauwe gebouwen in een blauwe zone kan je dan weer 5 punten scoren… je kan al wel vermoeden dat die blauwe gebouwen/zones dan ook iets zeldzamer zijn. Naast deze punten kan je ook nog de parkwachter grijpen, dat is de enige manier om punten te scoren voor de parken en de vijvers in je stad … maar wees snel, want misschien hebben je tegenstanders die ook wel op het oog!

Tot zover de puntentelling in het basisspel. Op die manier speel je verder tot wanneer minstens één speler 150 punten heeft bereikt, de speler met de meeste punten wint het spel. Als je dit goed onder de knie hebt en/of je graag iets meer uitdaging krijgt is er ook de standaardvariant. Hierbij scoor je niet ‘zomaar’ punten voor al je zones maar zal je deze eerste moeten ontgrendelen. Om punten te scoren met een grote gele zone (meer dan 13 gebouwen) zal je minstens twee keer zo’n zone moeten maken, pas vanaf de derde keer scoor je effectief 5 punten. Hetzelfde geldt voor (bijna) alle andere zones, waarbij je sommige zones al na één keer kunt ontgrendelen en anderen pas na vijf keer! Ook de werking van de parkwachter is nu verschillend: je mag die enkel nemen als je klaar bent met bouwen en dus niets meer aan je stad wilt veranderen. De langste weg wordt nu niet meer gescoord, al kan je er wel voor kiezen om je persoonlijk score-token voor de langste weg te nemen. Als achteraf blijkt dat je effectief de langste weg hebt krijg je 3 punten, als je het token genomen hebt maar toch niet de langste weg hebt gemaakt verlies je 2 punten! Op dezelfde manier zijn er nu ook tokens voor de grootste zones. Ook in het standaard spel worden er verschillende ronden gespeeld, maar nu eindigt het spel van zodra minstens één speler 100 punten verzameld heeft.

Onze mening

We begonnen met gemengde gevoelens aan dit puzzelspel: we zijn wel voor abstracte spellen maar houden totaal niet van spellen met tijdsdruk. Mad City was in dat opzicht zeker een meevaller, al zal het ook nooit tot ons favorieten behoren. Er zijn heel wat dingen waar je rekening mee wilt houden en tegelijkertijd kan je niets verkeerd doen. In eerste instantie wil je vooral grote zones vormen, na enkele ronden wordt je er steeds beter in en ga je sneller uittellen, twee zones van 7 gebouwen leveren namelijk meer punten op dan één zone met 14 gebouwen. Enkel de werking parkwachter was in het basisspel vrij bizar, het is daarbij niet verplicht om deze pas aan het einde te pakken, dan grijp je toch meteen naar die parkwachter van zodra de tijd gestart is? Ook het feit dat diegene met de langste weg dat volledig aantal punten kreeg was vrij doorslaggevend. Ondanks deze minpuntjes konden we het basisspel toch appreciëren. De standaardvariant werd alleen maar beter aangezien de minpuntjes van de parkwachter en de langste weg inmiddels weggeholpen waren. Nu kan je de parkwachter pas nemen als je klaar bent met bouwen en is het een risico om de langste weg te scoren, je kan er ‘maar’ drie punten mee winnen maar je kan er nu ook punten mee verliezen! Ook het principe om de puntentelling eerst te ontgrendelen is erg speciaal in deze versie, het brengt toch een klein tikkeltje strategie in het spel: probeer je steeds dezelfde zones te maken en daar veel mee te scoren? Of probeer je alles te ontgrendelen zodat je in de laatste ronden steeds punten scoort? Of ga je voor de bonussen voor de langste weg of grootste zone(s)? Heel wat om over na te denken, en dat op een minuut tijd! Één nadeel ondervonden we helaas in beide varianten: als je één of twee ronden slechter gespeeld hebt is het haast onmogelijk om je tegenspeler(s) nog in te halen.

Conclusie: Mad City is een puzzelspel met tijdsdruk en je hebt heel wat om over na te denken.

Met dank aan Mayfair Games!

Met dank aan Mayfair Games!

Mad CityMad City

Auteur: Kane Klenko
Uitgever: Mayfair Games
Aantal spelers: 1 – 6
Tijdsduur: ± 30 min.
Vanaf 8 jaar

Quoridor Pockets

Spelbeschrijving

Probeer als eerste jouw pion aan de overzijde van het speelbord te krijgen. Stap voor stap, diegene die er eerst in slaagt wint het spel. Simpel? Dat dacht je maar, je tegenstander(s) hebben hetzelfde doel én kunnen je serieus dwarszitten door hekjes op het bord te plaatsen. Soms zal je moeten rondlopen, andere keren hebben ze bijna een doolhof voor jou gevormd. Of heb jij je tegenstander in de maling genomen en is hij diegene die moet rondlopen?

Als je aan de beurt bent heb je twee mogelijkheden: je verplaatst je pion of je zet een hek als obstakel voor je tegenstander(s). Bij het verplaatsen van je pion mag je steeds één stap vooruit, achteruit, naar links of naar rechts. Het spreekt voor zich dat je daarbij niet over de hekjes kan lopen! Over je tegenstanders kan je dan wel weer springen, als je pion tegen een pion van je tegenstander staat kan je achter of naast die pion verder gaan. Bij het plaatsen van de hekjes is maar één spelregel: je mag de doorgang voor je tegenstander(s) niet helemaal afsluiten. Je kan je tegenspelers wel verplichten om omwegen te maken, zolang je dus niets afsluit. Van zodra één speler de tegenoverliggende eindlijn heeft bereikt eindigt het spel onmiddellijk, deze speler wint het spel.

Onze mening

Ook bij Quoridor Pocket zijn we erg enthousiast over het materiaal, alweer een leuke reisversie die je eenvoudig overal mee naartoe kan nemen zonder schrik te hebben dat je pionnen of hekjes zal verliezen. Bovendien ziet het er nog mooi en kwalitatief uit ook! Het spel zelf kon ons echter niet overtuigen, dat heeft voornamelijk te maken met de ‘pestfactor’ in dit abstracte spelletje. Het is wel strategisch, vooral als je het enkele keren gespeeld hebt. Je kan je tegenstanders verplichten om – soms onverwacht – serieuze omwegen te maken, tot vervelens toe. Niet dat we hiermee willen zeggen dat het geen goed spel is, want er zullen zeker liefhebbers zijn van dit soort abstracte, tactische spellen, maar wij zijn over het algemeen niet voor spellen waarbij je de tegenstander voornamelijk probeert dwars te zitten, ook al zijn we liefhebbers van abstracte spellen.

Conclusie: Abstract en compact voor spelers die mekaar wel eens willen dwarszitten.

Quoridor

Met dank aan Gigamic!

Met dank aan Gigamic!

Quoridor Pocket

Auteur: Mirko Marchesi
Uitgever: Gigamic
Aantal spelers: 2 of 4
Tijdsduur: ± 15 min.
Vanaf 8 jaar

Quarto Pocket

Spelbeschrijving

Vier op een rij voor gevorderden, slaag jij er in om vier stukken met éénzelfde eigenschap op rij te plaatsen? Dan is de kans groot dat je met de overwinning naar huis gaat. Één klein detail: je kiest niet zelf welke stukken je op het bord plaatst, dat zal je tegenstander wel voor jou kiezen!

Als je aan de beurt bent neem je één van de 16 speelstukken en geef je deze aan je tegenspeler, die mag het stuk vervolgens op een plaats naar keuze op het speelbord zetten. Vervolgens kiest deze speler een speelstuk voor jou, … Zo gaat het spel verder. Je hebt geen eigen spelerskleur, je mag dus zowel de rode als de witte stukken doorgeven. Bovendien maakt het ook niet uit wie de stukken op het bord zet, als jij maar diegene bent die het vierde stuk van de rij plaatst. Je kan vier op een rij maken door vier rode of vier witte stukken naast elkaar te plaatsen (verticaal, horizontaal of diagonaal), maar ook door vier stukken die vierkant, rond, klein, hoog of hol zijn! Er zijn dus heel wat zaken waar je aandachtig moet voor zijn.

Roep ‘QUARTO’ van zodra je vier op een rij gevormd hebt en je wint het spel meteen. Heeft je tegenstander – dankzij het door jou gekozen speelstuk – een rij gevormd zonder dat hij/zij het gezien heeft? Dan heb je geluk: op het moment dat de speler jou een nieuw speelstuk geeft kan jij meteen QUARTO roepen en win je het spel. Als niemand de gevormde rij heeft gezien gaat de waarde van de rij verloren en spelen jullie gewoon verder tot er wél een winnaar bekend is.

Onze mening

De pocket-versie van dit abstracte spel ziet er alvast erg leuk uit: een stevig doosje dat je gemakkelijk mee op reis kan nemen zonder dat je schrik moet hebben dat je speelstukken verliest onderweg. Pas als je het speelbord open klikt kan je de twee schuifjes met speelstukken er uitschuiven. Alle speelstukken worden bovendien steeds vastgeklikt op het speelbord, ideaal om op de trein te spelen! Het spel zelf is uiteraard zeer abstract, maar best leuk. Enerzijds heb je de verschillende elementen, er zijn zoveel zaken waar je op wilt letten: de kleur, de vorm, de grootte, … Voor je het goed beseft staat er vier op een rij op het speelbord! Anderzijds heb je het feit dat jij de speelstukken kiest voor je tegenstander, let goed op dat je de overwinning niet weggeeft. En als je dat dan toch doet? Dan maar hopen dat je tegenspeler het niet gezien heeft zodat jij met de pluimen kan gaan lopen. Voor ons is dit een ideaal reisspel, leuk genoeg om te spelen als je onderweg bent, je kan het gerust enkele keren na elkaar spelen want je wordt er steeds beter in. Thuis zal het wellicht niet vaak op tafel komen, daarvoor springt het er niet genoeg uit tegenover het goede aanbod, ook al spelen wij best wel graag abstracte spellen.

Conclusie: Deze vier op een rij voor gevorderden is leuk om mee te nemen op reis.

Quarto

Met dank aan Gigamic!

Met dank aan Gigamic!


Quarto Pocket

Auteur: Blaise Muller
Uitgever: Gigamic
Aantal spelers: 2
Tijdsduur: ± 15 min.
Vanaf 8 jaar

Roborama

Spelbeschrijving

In Roborama heb je maar één doel: je vier robots zo snel mogelijk in je finishvelden krijgen. Om dat als eerste voor elkaar te krijgen zal je echter strategisch te werk moeten gaan, gebruik je robotkaarten om één van je robots te verplaatsen en zorg ervoor dat je die gebruikte robotkaart zo snel mogelijk weer activeert of je kan er niets meer mee doen! Blokkeer de routes van je tegenstander en gebruik de grote Chaosbot om je daarbij te helpen. Het spel bevat drie verschillende niveau’s, genaamd ‘het basissprogramma’, ‘TerraByte’ en ‘YottaByte’.

Aan het begin van het spel plaatsen alle spelers hun vier robots diagonaal rechtover hun eigen finishveld, jouw startlocatie is dus het finishveld van een tegenstander. Je ontvangt vijf robotkaarten met een getalwaarde en één chipkaart. Als je aan de beurt bent gebruik je één van deze vijf kaarten. Een robotkaarten met een getal laat je toe één van je robots exact dat aantal (1 – 5) stappen te verplaatsen in een rechte lijn. Je kan daarbij je eigen robots passeren, maar niet die van je tegenstanders. Het vak waar je eindigt moet bovendien leeg zijn want er kan maar één robot per vak staan. De gebruikte robotkaart schuif je nu naar boven, naar de zogenaamde ‘inactieve’ rij. Deze robotkaart kan je niet meer gebruiken vooraleer je deze weer activeert. Dat activeren kan op verschillende manieren, bijvoorbeeld door je chipkaart te gebruiken. Je verplaatst deze beurt dan géén robot maar je heractiveert een kaart in je inactieve rij. Je kan echter niet zomaar kiezen wélke kaart, je kan enkel kiezen uit die waarden waarop je vier robots momenteel op het spelbord staan. Een snellere manier van heractiveren is meteen na de verplaatsing: als het getal waarop je robot eindigt één van de kaarten in je actieve rij is mag je die meteen naar beneden schuiven, maar je mag op deze manier niet meteen de kaart heractiveren die je voor deze actie hebt gebruikt. Je mag je de finishvelden van andere kleuren niet betreden, ook wanneer je je startpositie hebt verlaten mag je niet meer terugkeren: dat is namelijk een finishveld voor een andere speler! Van zodra een tegenspeler één robot in jouw startveld (zijn finishveld) heeft geplaatst ben je verplicht om al je robots uit je startveld te verplaatsen gedurende je volgende speelbeurten, als je dat niet kan ben je helaas verloren. Op deze manier gaat het basisprogramma verder tot wanneer één speler er in geslaagd is al zijn robots in zijn finishvelden te krijgen. Deze speler wint het spel meteen.

In het tweede programma, TerraByte wordt de achterkant van de robotkaarten gebruikt. Het spel verloopt op exact dezelfde manier, maar nu kunnen al deze robotkaarten éénmalig worden gebruikt voor een speciale actie. Deze actie verschilt van kaart tot kaart, zo kan je de eerste kaart bijvoorbeeld gebruiken om een stap diagonaal te gaan of de tweede om een robot van een andere kleur te passeren. Met andere robotkaarten kan je dan weer halverwege je beweging veranderen van richting of het aantal stappen verdelen onder twee robots. Van zodra je deze actie gebruikt hebt draai je de robotkaart terug naar de voorzijde, de kaart fungeert nu zoals in het basisprogramma. In YottaByte wordt de Chaosbot geïntroduceerd, een grote, machtige robot die het je tegenstanders heel wat lastiger kan maken. Je krijgt aan het begin een aantal kaarten waarmee je deze Chaosbot kan gebruiken, deze kaarten kan je telkens inzetten na je beurt, op voorwaarde dat je niet de speciale actie van een robotkaart hebt gebruikt. Afhankelijk van de gespeelde kaart kan je Chaosbot verplaatsen of laten springen, als hij na een sprong eindigt op een robot dan wordt deze een vak opzij geschoven en neergelegd. Deze robot kan de eigenaar in zijn volgende beurt niet gebruiken, ook niet om (via de chipkaart) een inactieve robotkaart te heractiveren. Na de volgende beurt van de eigenaar wordt deze robot terug recht gezet. Ook door het gebruik van een laserstraal kan je een robot (van een tegenstander) laten neerleggen. Met andere Chaos-bot kaarten kan je andere robots vooruit duwen of zelfs een robot van je tegenstander verplaatsen.

Onze mening

De spelregels zijn snel gelezen en uitgelegd, je kan dus al heel snel aan het basisprogramma beginnen. Tijdens het spel zul je al snel merken dat het niet zo eenvoudig is als het lijkt, de spelregels zijn dan wel simpel, maar het is alles behalve simpel om het spel ook te winnen! Vaak komt het op één beurt aan en is het spannend tot het einde wie als eerste zijn vier robots in hun finishvelden kan brengen. Het basisprogramma is een leuk familiespel, eenvoudige spelregels en toch voldoende uitdaging. Als iedereen het onder de knie heeft vormt de ‘TerraByte’-versie een extra uitdaging, de nieuwe mogelijkheden maken het spel alleen maar interessanter. Je kan nu ‘af en toe’ eens een speciale actie doen dat je tegenstanders niet hadden zien aankomen, maar je moet goed overwegen wanneer je die actie uitvoert… dat kan namelijk slechts één keer tijdens het spel! Het derde programma is voor ons geen stapje hoger, integendeel, het voegt naar onze mening heel wat willekeur toe aan het spel. De acties met de Chaosbot zijn dan wel leuk, maar met de 3, 4 of 6 kaarten die je op hand krijgt bestaat de kans dat je er maar weinig mee kan doen. Misschien heb je enkel kaarten om de Chaosbot te bewegen, dan kan je Chaosbot nog wel als blokkage gebruiken voor je tegenstanders, maar als je enkel kaarten hebt om aan te vallen (laserstraal, het vooruitduwen van andere robots) of om Chaosbot zelf een ronde inactief te verklaren moet je hopen dat iemand anders zijn robot (of Chaosbot) mooi klaar zet zodat jij de actie kan uitvoeren. Die Chaosbot ziet er dan wel erg mooi uit, maar op deze manier mag deze voor ons gerust achterwege blijven, er komt meer tactiek bij kijken zonder deze bot. Het spel voorziet wel een variant waarbij je voordien bepaald met welke set kaarten er gespeeld wordt, iedereen krijgt dan diezelfde set. Dat maakt het al heel anders omdat je nu ook weet welke kaarten je tegenspelers (nog) op hand hebben, helaas kan deze variant enkel met 2 of 3 spelers. Voor ons is Roborama een ideaal familiespel, ook met veelspelers kan dit tactisch maar vrij abstracte spel wel eens op tafel komen.

Het materiaal en de illustraties ziet er net als bij de vorige spellen van Playthisone weer super uit, de robotjes zijn leuk en al het materiaal is mooi afgewerkt, met de Chaosbot als uitblinker. Het aantal spelers heeft wel invloed op het spel, maar niet in die mate dat het (minder) leuk is met een bepaald aantal. Met twee spelers staan er uiteraard minder robots op het bord die in je weg kunnen staan, wij hadden er geen problemen mee, maar voor de spelers die dit een nadeel vinden is er alvast een variant voorzien waarbij de ongebruikte kleuren ook op het bord komen. Met drie spelers heeft één speler het geluk dat niemand hem kan verplichten sneller te vertrekken vanuit zijn startvelden aangezien die kleur voor niemand een finishveld is. Maar we hebben niet de indruk dat dat de kans op overwinning voor die speler groter maakt. Roborama is een leuk spel, maar voor ons geen spel dat we heel wat keren na elkaar zouden spelen. Het is leuk om af en toe eens op tafel te leggen.

Conclusie: Roborama is een ideaal familiespel en heeft met drie programma’s voor ieders wat wils.

RoboRama

Met dank aan PLAYthisONE!

Met dank aan PLAYthisONE!

Roborama

Auteurs: D. Kirps, G. Pierson & P. Zuidhof
Uitgever: Playthisone
Aantal spelers: 2 – 4
Tijdsduur: ± 45 min.
Vanaf 8 jaar

Träxx

Spelbeschrijving

3D_Abb_TRX_WGG_webNa het populaire Qwixx komen dezelfde auteur en uitgever met een nieuwe filler, samen met coauteur Reinhard Staupe ontwikkelden ze Träxx. Van de naam alleen al kan je afleiden dat het van dezelfde makers komt, alweer een vijfletterwoord dat eindigt op -xx. De spelregels zijn alvast even simpel, maar de dobbelstenen hebben ze achterwege gelaten. Benieuwd?

Elke speler krijgt – net als in de deluxe uitgave van Qwixx – een eigen spelersbordje en een stift. Alle bordjes zijn dezelfde, maar de stip (= startpositie) is voor iedereen verschillend, iedereen zal dus op een andere manier aan het spel beginnen! De spelers zullen doorheen de verschillende ronden een lange lijn tekenen op dit bord: elke keer wanneer er een kaart wordt open gedraaid zijn er maximum 5 gekleurde vakjes waarover je lijn getekend mag worden. Je mag tijdens je beurt echter maar langs één uiteinde van je lijn verdergaan en het is verboden om je lijn te splitsen. Elke ronde wordt er één kaart opengedraaid en mogen alle spelers gelijktijdig verder tekenen aan één van de twee uitersten van hun lijn. Als je daarbij getallen aankruist moet je dit – nadat iedereen klaar is met tekenen – luidop zeggen: jij krijgt de volledige punten (2 – 10), de spelers die datzelfde getal pas in een volgende ronde aanduiden krijgen slechts de helft van de punten. Als meerdere spelers hetzelfde getal in dezelfde ronde hebben aangeduid krijgen ze allemaal de volledige punten. Nadat alle 15 kaarten omgedraaid zijn eindigt het spel en volgt de puntentelling. Alle spelers tellen de punten op van alle getallen die ze tijdens het spel hebben aangeduid, vervolgens krijgen ze 1 minpunt voor elk vakje dat ze niet hebben kunnen aanduiden! Wie daarna nog de meeste punten heeft wint het spel.

Onze mening

Na onze eerste speelsessie waren we meteen verkocht: abstract, wat logisch denken, een portie geluk en vooral veel plezier… dat zijn de ingrediënten voor een leuk spelletje Träxx. Ondanks dat het spelverloop heel anders is dan dat van Qwixx ga je ze toch met elkaar vergelijken. Net als Qwixx is dit weer een heel verslavende filler die wij erg vaak op tafel zullen leggen. Ook bij Träxx heb je geen moment om stil te zitten, iedereen is tegelijkertijd aan beurt en het wordt geen seconde saai. Het is soms wel verwarrend wanneer een speler enthousiast roept “Ik heb de 10!”, terwijl anderen nog aan het denken waren en dan misschien toch ook nog langs die 10 willen om toch maar die volle punten mee te sprokkelen. In de spelregels staat dan ook de tip om pas aan het einde van je beurt te zeggen welke getallen je hebt bereikt, maar het enthousiasme beslist daar soms toch anders over. Niet echt een minpunt, maar toch iets wat je misschien aan het begin van het spel kan afspreken. Het feit dat Träxx vrij abstract is maakt dat niet iedereen even enthousiast is zoals bij Qwixx, je zit heel de tijd te zoeken naar de beste weg: grote getallen en vooral zo weinig mogelijk open velden aan het einde. Een zoektocht dat niet iedereen even leuk vindt maar waar wij maar niet genoeg van krijgen. Aangezien het startpunt op elke bordje op een andere plaats staat en de kaarten altijd in een andere volgorde komen is het spelverloop altijd anders, je lijn zal er nooit twee keer hetzelfde uit zien. Anderzijds probeer je in het begin wel richting de grootste getallen te gaan, je wilt liefst de volledige 10 punten, en als het even kan ook de 9 en de 8. Na een aantal speelsessies begin je dus wel te merken dat je steeds dezelfde richting op wilt, maar het lot van de kaarten beslist er toch anders over. De herspeelbaarheid is dus groot en het verslavende element doet ook goed zijn werk: op vrij korte tijd kwam het spel hier al meer dan 10 keer op de speltafel. Of die herspeelbaarheid zal blijven en hoe het bordje er uit zal zien na x-aantal speelsessies is uiteraard nog de vraag, maar de kans is vrij groot dat je deze ooit ziet terugkeren in onze reeks Tafelporselein.

Conclusie: Träxx is een waardige opvolger van Qwixx, een super filler!

Met dank aan Nürnberger Spielkarten Verlag

Met dank aan Nürnberger Spielkarten Verlag

TräxxTräxx

Auteur: Steffen Benndorf & Reinhard Staupe
Uitgever: Nürnberger Spieleverlag/White Goblin Games
Aantal spelers: 1 – 4
Tijdsduur: ± 15 min.

Vanaf 8 jaar